Rondreis Sicilië van 10 t/m 24 augustus 2015
Dag 1: 10 augustus 2015:
Het schreeuwerige geluid van een wekker in de verte maakt me wakker. Het is op Sten's kamer.
Kwart over vier.... pfff ik wil nog slapen. Sten duikt de badkamer in. Eigenlijk wel goed, staan we tenminste zo meteen niet met z'n vieren op een kluitje. Nog een kwartiertje bij komen. Bianca wordt ook wakker. 'Proficiat mit diene verjoardig, leeve' fluister ik.
Half vijf. De iPhone van Bianca begint te piepen, tegelijk met de wekker van Jord, gevolgd door de wekker van .... Jord. Yip, hij heeft er twee. Eén gewone en één op wielen die door zijn kamer racet zodat hij wel op móet staan. Sten is klaar op de badkamer, wij volgen.
Beneden snel een cracker en een Nespresso om wakker te worden. Bagage voor de tigste keer controleren. Heb ik dit, heb ik dat, paspoort, instapkaarten, vouchers etc, etc. Natuurlijk heb ik alles. Alle ramen en deuren gecheckt. Vreemd die worden blijkbaar door de kabouters toch weer open gedaan. Weer dicht maken ho maar. Dan instappen en wegwezen richting Düsseldorf.
Ritje gaat soepel, parkeren gaat soepel, alhoewel we even denken dat de shuttle voor onze neus wegrijdt. Gelukkig hij draait alleen even in de goede rijrichting.
Wat is Düsseldorf toch een heerlijke luchthaven. Nooit extreem druk, super overzichtelijk, overal Starbuck's 👍🏻, goede service. Koffers zijn we binnen vijf minuten kwijt. Dan inderdaad het gebruikelijk bezoek aan Starbuck's voor de frappucino aardbei voor Jord, de macchiato karamel voor Bianca, Sten en ik. Ff plassen en dan naar de security check. Hier ook de 'hands up' bodycheck machines in plaats van die piepende poortjes. Ook hier geen problemen, behalve dan dat eigenwijsje Sten toch vond dat hij een schaar moest meenemen. Die is hij nu dus kwijt 😁.
Eigenlijk voordat we het in de gaten hebben gaan we aan boord van de A319 van Alitalia voor de vlucht naar Rome. Vanwege de korte overstaptijd in Rome maar stoelen gekozen in rij 6. Zijn we snel uit het vliegtuig. Tsjonge wat een plaats hebben we. We hebben geen idee of dit comfort seats zijn (moet je normaal extra voor betalen) of dat het hele vliegtuig zo ruim zit. Bovendien; het toestel is half leeg. Dus extra veel ruimte. De vlucht gaat dan ook veel te snel voorbij.
Dan zijn we opeens in Rome. Tsja in La bella Italia is altijd alles anders dan bij ons. Van structuur, rust en overzicht, naar complete chaos, hectiek en wanorde. Het is top drukte in Rome en super benauwd. We hoeven gelukkig niet ver te lopen. Eigenlijk maar twee gates, dus die overstaptijd halen we gemakkelijk. Ook in alle drukte.
Buiten gaan de hemelpoorten open. Weken van droogte en zon, worden in één middag teniet gedaan. Leuk voor de naar regen smachtende Italianen, maar zeker niet voor ons.
De binnenkomende vlucht is al vertraagd. De regen en onweer in Rome, maar ook op Sicilië plussen daar nog even twee uur bij. En wij maar wachten bij de gate. Wonder boven wonder houden we de moed er goed in onder andere met het maken van selfies (met en zonder stick) en het bewonderen van al het 'moois' wat reizigers te bieden hebben. Zelfs aan wachten komt een eind en belanden we in een iets grotere maar wel propvolle Airbus van Alitalia richting Catania.
Kort vluchtje: op en af. Als we uit het vliegtuig stappen valt een bloedhete en benauwde deken over ons heen. Bovendien regent het net voldoende om vervelend te zijn. Maar eerst de koffers. De aanblik van de bagagehal is niet iets wat je als vermoeide reiziger wilt zien. Overal, echt overal staan koffers.... slik.... en die van ons? We moeten naar band 5. Ook nu is geduld weer een schone zaak. Op een veel te kleine band komen de koffers er na enig wachten aan. Althans de eerste run. Hé mijn koffer zit erbij. De tweede en volgende runs worden steeds gescheiden door enige pauzes. hoeveel runs het geweest zijn weten we niet. We zijn de luchthaven ontvlucht zodra we de koffers in bezit hadden. Overigens deze keer drie koffers. Nu Jord ook wat meer kledingvolume heeft werd het gewicht in twee koffers toch wel wat te zwaar. Om geen gedoe te hebben op de luchthaven, er toch maar een kleine trolley bij gepakt.
Na de koffers de laatste hobbel. De huurauto. Altijd spannend, want je weet nooit precies wat je krijgt. Zeker met drie koffers en min of meer vier volwassenen is wat ruimte toch wel fijn. Het zou een Opel Astra stationwagon of vergelijkbaar moeten worden. We hebben even moeten zoeken waar de verhuurder te vinden is. Toch iets verder van de terminal af dan ik had verwacht. De afhandeling gaat vlotjes, geen ingewikkeld gedoe en een super auto: een VW Passaat station diesel. Twee jaar oud voorzien van alle mogelijke snufjes en erg belangrijk enorme kofferbak.
We kunnen twee weken heerlijk rondtoeren hier op Sicilië.
De rit naar Case Damma verloopt soepel. Natuurlijk altijd even wennen in een ander land: andere rijgewoontes, hier ook slechte wegen, andere auto etc. Bianca regelt de navi: zowel van de kaart alsook als back up de digitale navi van de auto. Maar uit eerdere ervaringen weten we dat ingebouwde navis wel eens zeer verrassende routes kunnen bedenken, echter nu willen we rechtstreeks naar ons verblijf. Met wat aanwijzingen van onze reisorganisator lukt het wonderwel.
In Case Damma is men druk in de weer met het verslepen van meubilair. Later horen we dat zij voor het feestelijk avondeten (3 jarigen 🎉) alles buiten gedekt was, maar de enorme regen en onweersbui van vandaag roet in het eten gooide. De eigenaar Carmelo heet ons welkom en laat ons onze kamers zijn. Slaapkamer met aparte douche, via trapjes te bereiken. Dit alles in de naar mijn idee passende smaak van een agriturismo. De kamer van de jongens heeft aardig wat waterschade opgeleverd, dus die moeten even verkassen. Verder voor niemand een probleem.
Wij installeren ons en herverdelen de koffers. Eén met onze kleren, één voor jongens en de trolley voor de onderwegspullen (blijft in de auto liggen). De jongens gaan zwemmen en wij zijn toe aan een kop koffie, meegenomen uit NL en met de dompelaar zo geregeld.
Om acht uur moeten we klaar staan voor het diner. Ik heb Carmelo gemaild dat Bianca vandaag jarig is en of hij hier aandacht aan wil geven. Hij schreef terug dat er 3 jarigen zullen zijn.
Rond acht uur verzamelen de gasten zich op het terras. Naast Bianca is ook een Nederlands jongetje van 8 jarige evenals Carmelo's schoonmoeder die 80 wordt maar zeer fief en bij de pinken is. We krijgen allen Prosecco en proosten op ee feestelingen. Wij maken ondertussen kennis met de ouders van de jongste jarige, waarvan de moeder eigenaresse is van Fundadore, onze reisorganisator.
De overige gasten zijn, op 1 Italiaans echtpaar, allemaal familie van de jarige schoonmoeder.
We worden binnen gevraagd om het diner te beginnen. Alles staat in het teken van zeevruchten, helaas niet onze favoriet. Schalen vol met oesters en mosselen staan gereed. Gelukkig ook nog wat gebakken vis, een salade met octopusjes (erg lekker overigens), mozzarella en gebakken polenta en natuurlijk de nodige aqua minerale en vino rosso. Ik heb prima gegeten. Bianca en de jongens waren minder enthousiast. Het sluitstuk was het dessert. Drie verjaardagstaarten worden naar binnen gedragen. De feestelingen worden gevraagd om met de taarten te poseren. Ik besluit dat het tijd wordt voor een Happy Birthday en zet in. Aarzelend wordt meegezongen, maar dat geeft niet. Aan het eind worden de kaarsjes wel netjes uitgeblazen. En de gasten maar foto's maken 😄. Alle families met taart op de foto en alle feestelingen op de foto en vervolgens op FB. Daarna mocht er eindelijk geproefd worden.
Tijdens het diner schuift nog een Nederlands echtpaar aan. Net vers vanuit Eindhoven ingevlogen.
Vallen dus gelijk met de neus in de boter met dit feestmaal. Ook heb ik mijn Italiaans weer wat bijgeschaafd door een hele conversatie te voeren met het Italiaans echtpaar dat geen familie is en dus bij de reisgasten aan tafel zitten. Mevrouw zat de hele tijd al op het puntje van de stoel en verlegen om een praatje, maar hoe pak je dat dan aan als de overige tafelgenoten Nederlands zijn? Ik heb haar uit haar 'lijden' verlost en gevraagd of zij ook op vakantie waren. Nou toen liep de wekker af. Gelukkig niet in al te rap Italiaans, dus ik kon het goed volgen en vertalen aan de rest.
Het was een gezellige avond niet in de laatste plaats door de overheerlijke 'kamille thee' 🍷.
Wij zijn voor vandaag uitgereisd. Binnen twee minuten was ik in slaap
Dag 2: 11 augustus 2015:
Ergens midden in de nacht voor mijn gevoel word ik wakker van een hoop gekraak. Ik heb geen idee waar ik ben, alles is stikdonker. Langzaam dringt het tot me door waar ik ben en begrijp dat we bovenburen hebben. De houten vloer kraakt dat het een lieve lust is.
De wekker van Bianca gaat. Het moet zeven uur zijn, maar nog steeds stikdonker. Logisch, geen ramen alleen een dubbele deur, maar die zit stevig dicht. De zon schijnt uitbundig als we de deuren openen. Heel wat beter dan gisteren, alhoewel voor vanmiddag ook weer bewolking en regen op bet menu staan.
We willen om half acht ontbijten en dan richting Siracuse rijden om het oude centrum (Ortygia) te bezoeken. Aangezien we nog heel wat Griekse oudheid zullen bezoeken, slaan we het archeologisch park van Siracuse over.
Het ontbijt van half acht zullen we niet halen. We zijn zelf te laat op en ook het ontbijt laat op zich wachten. Kan aan het feest liggen, kan aan de Sicilianen liggen. Wij zijn nog niet in het Sicliaanse ritme. De 'tranquillo' moet ons nog te pakken krijgen.
Het ontbijt is op zijn uitgebreid Italiaans. Veel zoetigheden, wel verse uit te persen sinaasappels, druiven, yoghurtjes en wat vlees en kaas. Voor hier een prima verzorging. Ook dit is voor ons wennen, maar we slaan ons er dapper doorheen.
Na het ontbijt spullen verzamelen en vertrekken we. Het is maar een half uurtje rijden, maar er is veel verkeer richting de stad. We moeten er dwars doorheen, want het oude stadscentrum Ortygia ligt op een voormalig eiland. De rijstijl van Sicilianen is berucht. Hectisch is het wel en iedere plek asfalt wordt benut. Beetje aanpassen dus, maar dan gaat het ook prima. Moet er wel bij zeggen dat de snelheid in de stad er wel uit is, dan gaat het aanpassen wel wat gemakkelijker hahahaha.
Na wat gecirkel bij nabij het haventje vinden we een parkeerplekje. Gelukkig dichtbij het oude stadscentrum. We lopen onder een oude stadspoort richting domplein en kasteel.
Ik denk dat we nog wat vroeg zijn, het is overal nog redelijk rustig. De nauwe straatje ogen verlaten en de bebouwing ziet er wat vervallen uit, of zoals in onze reisgidsen te lezen valt: verweerd door de invloed van zee en tijd. Het Piazza del Duomo is echter puntgaaf. Een schitterend ovaal plein met de Dom als middelpunt en diverse mooie palazzi er omheen.
Het interieur van de Duomo oogt wat eenvoudig, wat timide. Echter wat het bijzonder maakt is dat in de Griekse oudheid hier de tempel van Athene stond, als belangrijkst bouwwerk van de stad. De restanten van deze tempel en dan met name de zuilen zijn nu nog onderdeel van de bouwconstructie van de Duomo en duidelijk zichtbaar.
Vanaf het domplein lopen we richting de bron van Arthusa. Bijzonder omdat deze bron zoet water levert terwijl de zee er direct naast ligt. Deze zoet waterbron is één van de redenen dat de Grieken hier een kolonie hebben gesticht. De mythe zegt dat deze bron ontstaan is op de plek waar Arethusa, achtervolgt door de riviergod Alpheus, opdook en in een bron veranderde
Voor ons een mooie plaats om even te pauzeren: tijd voor een cappuccino.
Voor Jord betekent dit tijd voor een ijsje. Dit keer een broodijsje, een flinke Italiaanse bol vol met aardbeien ijs. Wij kijken gefascineerd toe hoe hij dat naar binnen werkt. Net zo bijzonder als deze brioche con gelato is de afrekening. Tig keer wordt een rekenmachine misbruikt om een eenvoudig hoofdrekensommetje te maken, maar de ober komt er niet uit. Als ik alles bij elkaar tel kom ik gewoon op €11 uit. Maar hij steeds weer op €8,50. Nou goed als hij aandringt wordt het €8,50.
Als we weglopen valt bij Bianca het kwartje. Hij, de ober, heeft alleen een brioche geteld €1,50 en niet de 'con gelato' van €4 zie hier het verschil van €2,50.
Wij lopen ondertussen verder naar het kasteel of de burcht. Deze blijkt, eenmaal binnen, stevig groter te zijn dan de buitenkant doet vermoeden. Goed te begrijpen dat dit destijds een onneembare vesting was. Sten is op zoek naar horrorverhalen in de donkere gangen van het kasteel. Die neemt hij dan op, eigenlijk neemt hij alles op, op zijn go-pro look alike cameraatje.
Super leuk ding, dat ook onderwater kan. Werkt perfect. Dat hij zelf nachten niet slaapt van al die horrorverhalen, neemt hij voor lief.
Na het kasteel slenteren we weer terug richting auto en test Sten nog even de waterdichtheid van de camera in zee: hij doet het nog.
Terug in Case Damma duikt Sten nog even in het zwembad. Wel pas na de dagelijkse onweersbui.
Voor Bianca en mij is het koffietijd en eten we een cracker en/of appeltje. We hebben op de terugweg namelijk nog even boodschappen gedaan bij de Lidl. Handig om water en wat te eten te hebben als lunch of als tussendoor. We hebben wel besloten vanavond niet in Case Damma te eten maar in Fontane Bianche aan de kust. Dus tegen half acht rijden we die kant op. Na een half uurtje komen we daar aan, maar wij vinden het maar niks. Eén lange straat parallel aan het strand, maar of je er iets kunt eten: geen idee. Ziet er ook helemaal niet aantrekkelijk uit.
Dan maar een dorp verder: Avola. Maar ook hier ongezelligheid troef. Langs het strand helemaal niets en in het stadje vinden we niets eens een centrum of iets dat ons gezellig lijkt. Italianen houden er blijkbaar een andere gezelligheid op na. Wel hebben we net voordat we Avola binnenreden aan de kant van de weg een ristorante/pizzeria gezien die er wel goed uitzag.
Dus wij daar naar toe. Tegen half negen komen we daar aan: nog niemand te zien. We besluiten toch maar te gaan zitten en te bestellen. Naarmate de avond vordert loopt het helemaal vol. Blijkbaar
toch een goede keus. Het smaakte overigens ook prima.
Dag 3: 12 augustus 2015:
Vandaag staat het binnenland van Zuid Oost Sicilië op het programma. Het landschap wordt gekenmerkt door diepe, door riviertjes uitgeslepen, kloven in de zachte kalksteen. Hierdoor is het er erg bergachtig met steile hellingen waar tegen op dorpjes zijn gebouwd. De drie meest bekende willen we vandaag bezoeken. Ze hebben alle drie gemeenschappelijk dat ze (deels) vewoest zijn door een zware aardbeving in 1693. Het eerste stadje is Noto.
Door de aardbeving volledig verwoest. De inwoners hebben toen besloten een nieuwe stad te bouwen helemaal in de barok stijl. De hoofdstraat is schitterend om te zien met een prachtige kathedraal, kerken, palazzi, stadhuis en theater. Allemaal uit gele zandsteen opgetrokken. Vanaf de toren van een van de vele kerken hebben we een schitterend uitzicht op al dat moois en de verre omgeving. De toren is te bereiken via een uiterst smal wenteltrapje met als enige houvast een klimtouw. Je kunt op verschillende niveaus 'uitstappen': het oksaal met een mooi uitzicht op het middenschip en priesterkoor, het dak van de kerk en de toren. Juist als ik bij de toren kom kondigen de klokken het middaguur aan. Ik schrik me dood wat een lawaai. Even later stormt Bianca de trap op. Ze is er helemaal van overtuigd dat Sten op de klokken slaat. Het gebeier klinkt zo onsamenhangend, dat kan nooit de bedoeling zijn. Ik denk even dat ze een grapje maakt, maar haar blik zegt iets anders. Gelukkig weten we haar snel te overtuigen 😅. Met de mooie achtergrond maken we maar snel een selfie.
Het oude Noto, Noto Antico, is nu een ruïnestad en te bezichtigen
Na Noto rijden we richting Modica, de stad van de chocolade. Het duurt alleen even voordat we de juiste weg gevonden hebben. De bewegwijzering op Sicilië is nog slechter en chaotischer dan in België. We rijden dezelfde weg drie keer. De route voert inderdaad door bergachtig terrein met de nodige haarspeldbochten en steile hellingpercentages. Duidelijk waar Vicenzo Nibali de basis voor zijn touroverwinning 2014 heeft gelegd. Modica bestaat uit een hoofdstraat die in een kloof ligt. De gebouwen hier, inclusief kathedraal, hebben de aardbeving van 1693 overleefd. De rest van het stadje is deels opnieuw gebouwd links en rechts tegen de berghelling aan. Via ontelbare traptredes is de bebouwing te bereiken. Niet echt fijn in deze hitte. Het is niet verwonderlijk dat heel veel huizen leeg staan, te koop staan of vervallen zijn. Zou het kopen en verhuren hiervan als vakantiehuis zin hebben? vraag ik me dan af. We lopen de trappen van één helling omhoog om een mooi uitzicht over de stad te hebben. De hele stad te bekijken gaat niet lukken, zoveel tijd hebben we helaas niet. Maar wel genoeg om een goede indruk te krijgen. We moeten ook weer snel omlaag, want het wordt aarde donker. Onweer is op komst. Net als we weer in de hoofdstraat komen begint het te hozen; een portiekje is onze redding. Hier de bui maar even afwachten.
We besluiten hier wat uitgebreider te lunchen, hoeven we vanavond niet op zoek naar een eetlokatie. Gelukkig zijn de meeste eettentjes wel open. De winkels gaan tussen één en vier allemaal dicht, ook de chocolade winkeltjes en proeflokalen. Maar daar hebben we sowieso niet echt de tijd voor. Na alweer een pizza is het tijd om Modica te verlaten en richting Ragusa Ibla te rijden. Aangezien Modica maar uit één hoofdstraat bestaat is de richting duidelijk.
Via alweer, of beter nog steeds, mooie en bergachtige route rijden we naar Ragusa Ibla. Het laag gelegen deel van de stad. Het hoger gelegen deel en nieuw gebouwde deel heet Ragusa Superiore maar is voor toeristen minder interessant. In de afdaling vanaf de tegenoverliggende helling hebben we een schitterende blik op beide stadsdelen. Zo'n plaatje uit een reisfolder waarvan iedereen zegt dat zeker te willen zien. We gaan op zoek naar een parkeerplek. Dat is altijd weer een uitdaging. Was er in Noto een betaalde parkeerplaats met een erg ingewikkelde parkeermeter en moesten we in Modica een op een lotto formulier lijkende parkeerkaart kopen ( in een Tabachi). Hier kun je gewoon naast de weg parkeren met de parkeerschijf. We vinden wonder boven wonder een plekje vlak bij een trap (alweer) richting stadscentrum. We gaan aan de klim beginnen. Hier geen zoektocht: overal staan wegwijzer met routes naar de bezienswaardigheden en hoe lang lopen het is. Ook nu weer lopen we richting centrum met als hooggelegen middelpunt alweer de kathedraal. Van binnen lijkt het net een poppenkast. Tussen de bogen hangen rode gordijnen zoals in een theater en overal staan prullaria. Hoe mooi van buiten, hoe lelijk van binnen. Zal wel de lokale smaak zijn. We lopen nog wat door het stadje en besluiten nog wat te drinken. De donkere luchten lijken ons te volgen, dus we zoeken een plek met parasol. Je weet immers maar nooit. Bianca is toe aan een Aperol Spritz. Ik eigenlijk ook, maar aangezien we nog een stevig stuk moeten rijden beperk ik me tot een nonalcolico. We krijgen een uitgebreide drank met chips en nootjes. Dat vinden de jongens natuurlijk geweldig 😀.
Het wordt tijd terug te rijden, want we willen nog wat toeristische route rijden alvorens het donker wordt. Ook wil ik nog een foto maken van de blik op beide stadsdelen, zoals ik hierboven al even beschreef. Dat laatste is geen probleem, het uit de stad rijden wel. Ook nu weer rijden we een aantal keren dezelfde route. Als we denken in de goede richting te rijden, blijkt dit na heel wat km's toch niet te kloppen, dus weer helemaal terug. Kost al met al zeker een half uur lichttijd. Het wordt nu snel donker. De route is wel weer prachtig. Smalle weggetjes en door verlaten dorpjes. Veel staat te koop. Volgens mij kun je hier bijna voor niks een dorp kopen. Als het bijna donker is krijgen we nog een omleiding van 15 km voor onze kiezen. Smalle bochtige weggetjes, het lijkt wel een nachtralley. Ook de dorpjes waar we doorheen moeten zijn een belevenis: niet alleen vanwege het avondleven, maar de routes die de plaatselijk autoriteiten voor ons bedacht hebben zijn uitdagend. Kleine bordjes, met kleine lettertjes, op vreemde plekken neergezet die ons door smalle éénrichting straatjes leiden. Gelukkig komt aan al dit gekronkel een eind als we op de hoofdweg het laatste stuk afleggen. Moe maar voldaan draaien we de inrit naar Case Damma in. Nu nog even de email checken.... helaas geen Wifi. Of althans wel Wifi-signaal, maar geen verbinding. Bianca gaat maar eens op zoek naar Carmelo, want we willen wel in contact blijven met het thuisfront. De foto's zijn inmiddels al van fototoestel naar iPad overgezet en bekeken.
gelukkig weet Carmelo het euvel te verhelpen. Als alles en iedereen weer op de hoogte is, wordt het tijd voor het bed. Ik zou eigenlijk nog het reisverhaal moeten bijwerken, maar ben er gewoon te
moe voor. Ook nu val ik meteen in slaap.
Dag 4: 13 augustus 2015:
Vandaag een relaxdag. We verkassen naar Vila Trigona in Piazza Armerina. Dat is niet zo heel erg ver, ongeveer twee uurtjes rijden. Ik wil wel graag weer een toeristische route rijden, dus het kan iets meer tijd kosten. Aangezien we in Vila Trigona pas vanaf twee uur kunnen inchecken en hier in Case Damma pas om twaalf uur hoeven uit te checken, besluiten we dit ook zo te doen en de jongens de hele ochtend de gelegenheid te geven van het zwembad gebruik te maken. Bianca gaat ook bij de pool in de zon liggen en ik besluit het reisverslag bij te werken, uiteindelijk ook bij de pool waar ik zonodig mijn voet in een onzichtbare modderpoel moet steken... joy. Gelukkig vindt Sten dat hij deze actie een uurtje later ook maar eens moet herhalen ... dubbel joy.
Als we uiteindelijk tegen twaalf uur vertrekken is het al weer aardig benauwd en hot. Alle koffers zijn ingeladen, kamers gecheckt en gedubbelcheckt en het feestmaal is betaald. Niet de met een lach aangekomdigde €100, maar slechts €60 ( want 4x €20 is hier op Sicilië €60 👍🏻). Instappen en wegwezen.
Het eerste deel van de route is hetzelfde als gisteravond, alleen met dat verschil dat we nu zien waar we door en langsrijden en dat is zeker niet verkeerd. Het vele nachtelijke bochtenwerk was niet voor niets, al het bijbehorende moois aan landschappen en tegen en op hellingen gelegen dorpjes worden nu zichtbaar. Zo nu en dan toch even stoppen voor een foto en dan ook maar gelijk een appeltje uit de kofferbak vissen. Het nadeel van dit geslinger is dat het voor geen meter opschiet. Maar ja, je kunt niet alles hebben.
Het laatste deel van de route is voor ons wel nieuw, vanaf ongeveer Caltagirone. Ook dit stadje, bekend om zijn keramiek, ligt weer geweldig tegen een berg op gebouwd. Helaas geen tijd om het te bezichtigen, bovendien het is na één uur en dan is alles uitgestorven. Hier is, zoals overal in Italië, elk dorpje of stadje de moeite van het bezoeken waard. Het is onmogelijk ze allemaal aan te doen helaas.
We rijden om het stadje heen richting San Michele di Garanzia. Op zich niet bijzonder ware het niet dat ik hier volgend jaar wellicht met een groep S&S-reizigers zal overnachten in hotel Pomara. Dus mochten we dit hotel nu tegenkomen dan wil ik toch graag een foto maken. Als we het plaatsje binnenrijden stop ik even om te checken of het inderdaad dit plaatsje is en wat de naam van het hotel is. Als ik weer wegrijd zie ik naam van het hotel gelijk staan, hoog in de berg. Wat een toeval. Via een steil weggetje rijden we er naar toe. Het ziet er ietwat gedateerd uit. Ik wil toch even binnen kijken. Aan de receptie vertel ik wat ik kom doen. De man wil me graag een kamer en het zwembad laten zien. Geen probleem natuurlijk en ik maak gelijk wat foto's. Het hotel is een familiehotel met de gelijknamige familienaam. Hij is een van de familieleden zo blijkt uit zijn kaartje. Ik geef hem mijn kaartje en bedank hem voor zijn tijd. Hij loopt mee naar het teras van het restaurant. Hier zitten Bianca en de jongens te wachten. Ze hebben nog niets te drinken gekregen, er is nog niet eens iemand komen kijken. Ik loop het restaurant binnen en vraag of we wat kunnen drinken. Echt veel zin heeft de bediening niet. Het duurt ook nog even voordat iemand zich buiten vertoont. Als hij de drankjes komt brengen komt mijn 'vriend' er gelijk achteraan. Een net tafelkleedje wordt neergelegd en de drank wordt, met voetbadje voor Bianca, neergezet. Van mijn 'vriend' krijgen we een klein hapje aangeboden als teken van hun gastvrijheid. Een echt streekgerecht blijkt. De bekende bruscette pomodoro en een hapje van ricotta met broccoli. We bedanken hem vriendelijk. Na dit intermezzo rijden we verder.
Dan gaat het snel. Opeens rijden we Piazza Armerina binnen. Net als Bianca het adres in de navi intoetst, zie ik het bordje met Villa Trigona al staan. De route is goed aangegeven en in no-time staan we voor de gesloten poort. Even aanbellen en piepend gaat het hekwerk open. Het is inderdaad een fraai opgeknapt gebouw dat ooit toebehoorde aan een aristocrate familie. Duidelijk een betere en luxere overnachtingsplek als Case Damma. Hier geen agrarisch bedrijf meer, maar puur toeristisch. Zo worden we ook allerhartelijkst ontvangen en na de plichtplegingen naar onze kamer begeleid. Het ziet er allemaal erg mooi en netjes uit. We voelen ons gelijk thuis.
Om ons een beetje op te frissen gaan we het zwembad uitproberen. De jongens in elk geval. Ik moet nog even overgehaald worden. Bianca wil graag via de trigger trap een foto van ons vieren maken op het moment dat we het water inspringen. De trigger trap is een app voor de mobile telefoon of iPad waarmee je een verbonden fototoestel kunt laten afdrukken op bijvoorbeeld geluid of beweging. Dat kan ik natuurlijk niet weigeren. Het wordt een zeer hilarisch spektakel. Eerst proberen we op geluid te springen, maar ja op elk geluidje reageert het toestel, dus het klikt en flitst dat het een lieve lust is en wij daar maar staan op de rand van het zwembad. Of Sten roept iets, wij springen; maar te vroeg, dus alleen zwembad op de foto en wij onder water. Of Sten roept, maar nu niet hard genoeg. Wij weer in het water, maar nu geen foto. Dan maar eens op de timer proberen. Maar ja, wanneer zijn die 10 seconden dan precies voorbij. Wij maar springen, dan weer te vroeg dan weer te laat. Tot slotte maar op de bewegingssensor. Heel stil blijven staan en dan 1, 2 en 3 springen..... flits-klik als we in de lucht hangen.
Eindelijk is de foto gelukt...alleen wij kijken er zo moeilijk bij dat de foto nooooiiiiit gepubliceerd zal worden 😀. Na al dat gespring even opdrogen in de zon. Dat valt tegen, te veel bewolking en door de wind zijn we aardig afgekoeld en hebben we een douche nodig om warm te worden...???
We hebben afgesproken vanavond hier in de villa te dineren. Om acht uur worden we verwacht. In de tuin zijn de tafels netjes gedekt. Het ziet er erg gezellig uit; wat geurkaarsen tegen de muggen
en een muziekje erbij. We krijgen een uitgebreide antipasti van lokale hapjes voorgeschoteld: bruscette, ricotta met munt, kaas, salami, aardappeltaartjes. Daarna volgt de primo: een kleine pasta
van penne in een venkelsaus, verrassend lekker. Als secondo krijgen we varkensfilet met spek, insalata, aubergine en courgette. Voor Sten is een kindermenu besteld, met varkensvlees en frites.
Als toetje zijn diverse Sicilaanse desserts gemaakt, waar een keuze uitgemaakt kan worden. Met de nodige vino en limoncello wordt het allemaal weggewerkt. Voor de jongens is er uiteraard
frisdrank. Na nog even te hebben nagekaart met het Nederlands stel dat we ook in Case Damma tegenkwamen is het tijd om de luiken te sluiten. Nog even de foto's overzetten naar de iPad en nog iets
aan mijn reisverhaal toevoegen en dan is het klaar voor vandaag.
Dag 5: 14 augustus 2015:
We hebben gisteren besloten vroeg op te staan. We hebben de Villa del Casale op het programma staan en vervolgens een bezoek aan het op een berg gelegen stadje Enna. Bovendien sluit vandaag de palio dei Normanni hier in Piazza Armerina af met een historische stoet die rond de klok van zes uur begint. Dus veel te doen.
Het ontbijt in Villa Trigona is een feest. Zeer uitgebreid en ontzettende lekkere dingen, vooral zoetigheden. Italianen zijn zoetekauwen. Bovendien kunnen we ook echte cappuccino en espresso krijgen. We laten ons de pane, cornetti, diverse paste (gebakjes), yoghurt, fruit, jam, chocopasta etc. etc. prima smaken. Heerlijk om zo de dag te beginnen. Wel niet precies om acht uur.... nee, nee, nee we zijn in Italië. Als het ontbijt vanaf acht uur wordt geserveerd wil dat zeggen dat dan begonnen wordt met het opmaken van het ontbijt.
Na het ontbijt vertrek naar de Romeinse villa, die wereldberoemd is vanwege de schitterende vloermozaïeken. We zijn benieuwd, het ligt maar enkele km's van onze villa af. Het staat redelijk goed bewegwijzerd, dus we zijn er inderdaad snel. Fijn van de Italianen dat kinderen tot 18 jaar bijna overal gratis naar binnen mogen💰. Ook opvallend is dat wanneer je entree betaalt, je gelijk met alle zaken die je als bezoeker niet mag doen wordt geconfronteerd. Kom op zeg, ik betaal, dus waarom een hele serie verboden naar de hoofden van de bezoekers slingeren. Zóóó verkeerd.
Zo staat het maken van foto's ook bij de verboden.... sorry 😤. Ik kom juist omdat ik ook foto's wil maken. Als je dan de hele tekst (en dat is een hele boel...) leest blijkt dat je wel degelijk foto's mag maken, alleen voor eigen gebruik.... natuuuuurlijk, waar anders voor.
We starten de mozaïekentoer en volgen de routebordjes. Het ene na het ander tafereel wordt ons op de vloer voorgeschoteld onder andere afhankelijk van de functie van de betreffende kamer. Van abstracte figuren tot hele jachttaferelen, het verschepen van diverse wilde beesten uit verre landen naar Rome, familieportretten, sportende meisjes en mythologische verhalen. Ik moet wel zeggen, na een uur mozaïeken bewonderen is het wel klaar met de aandacht en raak ik verzadigd. Heel uitgebreid alle bijbehorende teksten lezen gaat mij wat ver. Maar zeker waar is dat het schitterend gemaakt en bewaard is gebleven.
Na deze bijzondere vorm van plaatjes kijken zetten we koers richting Enna. Een klein stadje in het hart van Sicilië hooggelegen op een berg bewaakt door een gigantisch fort. Zo goed bewaakt dat de Arabieren het fort pas na 20 jaar konden veroveren door via het rioolstelsel binnen te dringen.
Het is inderdaad een stevige klim, zelfs met auto naar het kasteel. Heel mooi, hier parkeren we gratis voor de deur. Ook heel mooi, er is geen entree, we kunnen gewoon naar binnen. Er valt hier nog heel wat te restaureren, maar daar is men met behulp van de Europese unie hard mee bezig. Een lokale gids vertelt ons heel in het kort iets over het fort en het gebruik, waar na we de toren beklimmen. De klim van de 92 treden wordt bekroond met een schitterend utzicht over de omgeving. We staan, volgens de gids, op een hoogte van 1100 m boven zeeniveau. Van hieruit ook een mooie blik op een mythologisch belangrijke plaats. Op het rotsplateau aan de voet van het kasteel is de plek waar de god van de onderwereld Hades, Persephone de dochter van de godin van de vruchtbaarheid Demeter ontvoerde. Zij moest zijn vrouw worden. Demeter heeft over de hele wereld naar haar dochter gezocht en daardoor haar taak verwaarloosd, met grote hongersnoden tot gevolg. Hades heeft uiteindelijk toegestemd Persephone vrij te laten, met uitzondering van drie maanden. Deze drie maanden is het op aarde winter.
Na dit bezoek besluiten we nog even het stadje in te lopen, ondanks dat het vanwege de middagrust uitgestorven is. We bezoeken, voor de zoveelste keer, een Duomo. Deze verrast me behoorlijk, het ziet er erg mooi en verzorgd uit. Wel het bekende barok / rococo drukke interieur, maar zeker niet storend. Helaas was er verder niet veel te doen en te zien in het stadje. Wel nog even wat gedronken en een kleinigheid gegeten en voor het eerst een werkelijk voortreffelijk Italiaans ijs gegeten. Toen maar teruggereden richting Villa Trigona.
Even na vijf rijden we naar Piazza Armerina. De historische stoet staat op het programma. De verschillende wijken strijden in Middeleeuwse wedstrijden en dito gekleed om de stadseer. Dit festijn, de palio dei Normanni, duurt drie dagen en wordt vandaag afgesloten. De grootste uitdaging is nog wel de auto geparkeerd te krijgen. In grote delen van de stad is een parkeerverbod, dus we toeren wat rond. De straatjes worden smaller en smaller, de auto lijkt juist breder en breder te worden. Op een gegeven moment zitten we midden in het centro storico en is het straatje net zo breed als de auto. Met ingehouden adem (alle vier) manoeuvreren we ons er zonder schade doorheen. Uiteindelijk vinden we een plekje, maar we moeten wel nog een flink eind spazieren.
Het grote wachten kan beginnen. We staan aan het einde van de route op de hoofdstraat door Piazza Armerina en kunnen een heel eind de straat afkijken (berg af en op). Op het laagste punt staat een drumband warm te draaien. Dat deden ze al om zes uur en dat doen ze ook nog om half zeven. Vanaf het einde van de weg (berg op in de verte) zien we politie zwaailichten. Eén auto en twee motoren die langzaam onze kant opkomen bergafwaarts. Daarachter komen...... ruiters te paard (zien we door de telelens). Als ook zij op het laagste punt zijn, zet de hele stoet zich in beweging onze kant op. Per wijk dezelfde volgorde van 'ridders te paard' , de edelman, -vrouw en gevolg en de bijbehorende drumband. Daarna de strijders met lans, pijl en boog en ander wapentuig. Ik heb ook nog priesters en oosterse krijgers gezien en tot slot de winnaar van het toernooi. Alhoewel..... nadat de stoet voorbij en richting sportpark is getrokken horen we toch de nodige aansporingen en overwinningskreten vanuit het sportpark omhoog stijgen, dus of er al een winnaar is?
Wij verkennen ondertussen het centro storico à piedi (te voet) en komen uit bij de, hoe kan het ook anders, hooggelegen Duomo. Die zagen we vanochtend op weg naar de Villa del Casale hoog op de berg liggen. Snel nog een aantal foto's gemaakt met perfect avondlicht. Dan wordt het tijd voor een hapje en drankje. Op een pleintje versiert met permanente 'kerstverlichting' met exotische kleurstelling vinden we een idyllisch eetplekje. Zo'n plekje van een pleintje uit de reisfolder, nou daar zitten we nu. Perfect als je maar vooruit kijkt, de langsrijdende auto's (hé dit erg smalle weggetje komt ons bekend voor) negeert en niet op een hoog culinair gebeuren uit bent. Maar OK, je kunt niet alles hebben, ook niet het bijna moeten bedelen om het wisselgeld. Blijkt toch een oud Italiaans truukje het wissel even 'te vergeten'. Maar blijven zitten en geërgerd kijken helpt uiteindelijk, niet alleen in Milaan.
De dis kunnen we nog even verteren met onze avondwandeling richting auto. De hoofdstraat is veranderd in één groot sociaal festijn. Nu is het er pas echt druk en de passegiata (het spel van gezien en gezien worden) is in volle gang. Ja hoor bij ons ook, vooral de 'volle gang' zit er goed in.
Hup de auto in en terug naar Villa Trigona waar bij aankomst net het dessert wordt geserveerd voor de thuisblijvers. Even nog bijkletsen met onze NL-vrienden en dan gaan bij ons de luiken alweer
dicht.
Dag 6: 15 augustus 2015:
Vandaag maken we ons op voor de langste reisdag van deze vakantie, ca. 400 km. We rijden van Piazza Armerina in het hart van Sicilië naar Segesta in de noordwest hoek van Sicilië. Het probleem hierbij is dat er geen vogelvlucht route is, maar dat je eerst of naar noord of naar zuid moet rijden om vervolgens in de goede richting uit te komen. Bij de noordroute is het probleem dat je dan rond of door Palermo moet; iets dat eigenlijk wordt afgeraden. Bovendien is het vandaag Feragosto (Maria ten Hemelopneming), een feestdag die in Italie gelijk staat aan Kerst of Pasen, dus wellicht extra druk vanwege familiebezoeken e.d. We kiezen voor de zuidroute, omdat we dan ook deze kant van het eiland te zien krijgen en omdat we de rit mogelijk kunnen combineren met een bezoek aan de opgravingen van Selinunte. Agrigento, de vallei der tempels, slaan we bewust over. Selinunte schijnt ongeveer hetzelfde te zijn, maar de ligging aan zee schijnt erg mooi te zijn. Twee gelijksoortige opgravingen is wel wat veel van het goede.
Na alweer een voortreffelijk ontbijt rijden we tegen tien uur weg van het mooi Villa Trigona richting Baglio Pocoroba in de buurt van Segesta. De weg naar Gela, onze eerste ijkpunt, is snel gevonden en we gaan op weg. Zo vroeg is het niet druk en schiet het lekker op. Na Gela (aan de kust) gaat het richting Agrigento. Nu, op de kustweg rijdend, komen we in het strandverkeer terecht en gaat de snelheid gevoelig omlaag. Bianca is al op zoek naar een alternatieve route als na de eerste lidi (strandplaatsen) het weer rustig wordt en we gewoon onze weg kunnen vervolgen. Vlak voor het inrijden van Agrigento spot Bianca op een heuvel een eerste en tweede Griekse tempel, als onderdeel van de Valle dei Templi (de beroemde vallei der tempels). Op een toevallige (of niet?) parkeerplaats stoppen we om een paar foto's te maken. Hebben we in elk geval een foto van een paar Griekse Tempels à la Parthenon uit Athene.
We vervolgen de route door Agrigento richting Sciacca. Een route overigens die bij vlagen schitterende uitzichten op de zee en kust biedt. Na Sciacca buigt de weg van de kust af richting noorden, richting Trapani en Castellammare del Golfo. Maar alvorens dat te doen komen we langs Selinunte en de opgravingen, die we gaan bezoeken. Voordeel is dat we dan niet meer vanuit het noorden terug hoeven rijden voor dit bezoek en bovendien hebben we er nu de tijd voor.
Het parco archeologico hebben we snel gevonden en parkeren (geheel gratis) de auto voor de deur. Het is er niet druk. Zal vanwege de hitte zijn (33 graden) en de feestdag. De tickets zijn snel gescored ( de jongens weer gratis) en we gaan op pad. De golfkarretjes slaan we over, we lopen de route wel, we hebben lang genoeg stil gezeten. De eerste site betreft drie tempels. De eerste zien we in de verte al staan. Jammer dat een deel in de steigers staat, maar ja er moet zo nu dan gerestaureerd worden. Uiteraard wordt deze eerste tempel van alle kanten gefotografeerd. Dan volgt voor mij toch wel een grote teleurstelling. Van de overige twee tempels is alleen een berg stenen over. Pilaren, frontons, kapitelen, het ligt allemaal op een grote berg. Niks mooie plaatjes van Griekse tempels aan de kust. Het is duidelijk dat hier nog veel werk te verzetten is. Ook de tableaus met uitleg ontbreken.
Dan maar op weg naar de tweede site, de Akropolis: de restanten van de oude stad.
Ook dit belooft niet veel bijzonders. Vanuit de verte zien we de oude stadspoort overeind staan, maar ook deze volledig in de steigers. De rest van de stad betreft alleen de fundatie muren van de bebouwing. We lopen er toch maar heen en vervolgens doorheen. Het uitzicht op de veel lager gelegen zee en kust is prachtig. Helemaal oververhit komen we uiteindelijk weer terug bij de ingang waar we verkoeling zoeken in een koude frisdrank. Al met al een teleurstellend bezoek. Hier hoef ik volgend jaar echt niet met een groep te komen. Ik zal het programma nog eens goed bestuderen, maar ik heb de indruk dat er teveel archeologische sites op het programma staan en dus een overkill gaan opleveren.
Terug in de auto gaat het laatste stuk over de autostrada. Dat schiet tenminste lekker op. Nu moeten we Segesta aanhouden. Dit lukt niet in een keer, de routebeschrijving die we bij de reisinfo hebben gekregen is niet helemaal waterdicht merken we. We rijden te ver en zijn al in de kustplaats Castellammare del Golfo. Dan maar via de binnenweg terug, ook niet verkeerd. Omdat we de routebeschrijving nu niet meer goed kunnen volgen, volgen we de borden naar de tempel van Segesta. Ons agriturismo is hier vlak bij. Deze tempel staat eenzaam en alleen midden in het veld op een heuvel en opeens staan we er voor. Ook nu maar alvast snel een foto maken. We zullen hier vast nog even terugkomen en dan ook het op 1 km afstand gelegen Grieks theater meepakken. Nu verder op zoek naar het agriturismo. De route moet kloppen, want de weg wordt slechter en slechter, iets dat in de reisinfo ook stond aangegeven. We stoppen zo'n beetje bij elk bordje met een naam, dus het is een kwestie van tijd voordat we het juiste gevonden hebben. Bianca pikt het juiste bordje eruit en al snel staan we voor de ingang. Wat een drukte: tientallen auto's staan voor de deur, evenals een aantal ronkende quads klaar om te vertrekken. We waren al gewaarschuwd: in het weekend is het druk met lokale mensen die komen eten in het prima restaurant en ook gebruik maken van het zwembad. Zeker vandaag op deze feestdag zijn veel mensen komen eten, zo vertelt de eigenaar ons.
We worden allerhartelijkst ontvangen met een drankje en een praatje in het engels. De eigenaar praat makkelijk, maar niet vervelend. Hij neemt de tijd, of anders gezegd we moeten wel een tijdje wachten alvorens we naar de kamers gebracht worden. Is er wat aan de hand? Kamers nog niet gereed? Of gewoon de tijd nemen? We zullen het nooit weten. De kamers op de eerste verdieping zijn niet al te groot evenals de badkamertjes. Ok, beduidend minder dan Villa Trigona, maar verder wel OK ondanks dat ze wel een opfrisbeurt mogen krijgen.
De eigenaar laat ons op het dak van de agriturismo kennismaken met zijn 38ha eigendom van wijngaarden, fruitbomen en groentetuintje. Bijna alles dat hij de gasten voorschotelt is van eigen grond of vanuit de buurt.
We installeren ons voor de komende drie dagen en nemen wat rust. Zo'n reisdag is toch vermoeiend en ik krijg weer last van mijn hoofdpijn, die mij de laatste dagen geregeld lastigvalt.
Tegen achten gaan we richting restaurant..... uitgestorven. Geen idee hoe het er hier aan toegaat en hoe laat we kunnen beginnen. We besluiten nog maar even af te wachten en een spelletje yatzhee te spelen op het dakterras. Als we goed en wel zitten start de aanwezige muggenkolonie zijn aanval, zodat we eerst nog even een tegenaanval moeten organiseren en ons insmeren met de nodige DEET. Dat blijkt effectief, dus we kunnen met een gerust hart ons spelletje starten. Maar...... binnen drie beurten hebben we discussie. Ik meen dat elke speller per beurt drie keer mag gooien, de clan houdt het op twee gooibeurten 🎲. Omdat de Wifi op het dak niet werkt stopt het spel en gaan we dineren.
We zijn de eerste. De serveerster spreekt alleen Italiaans en lijkt niet zo gelukkig met ons. De eigenaar, die echt alles in de gaten houdt (controlfreak?), redt de situatie en helpt ons met het maken van een keuze. Yip, hier geen vast menu, maar à la carte 😄. Die hulp geldt niet alleen voor ons, blijkt even later. De Italiaanse gasten krijgen eenzelfde uitgebreide hulp. De menukeuze? Sten gaat voor, hoe kan het ook anders, kipschnitzel met friet, Jord neemt de mixed grill met friet (hoezo we zijn in Italië?) en Bianca en ik gaan voor de risotto ai funghi. Dat blijkt een perfecte keuze. Het smaakt bijna zo goed als de risotto die Bianca zelf maakt. De jongens zijn ook happy met hun keuze. De serveerster ontdooit met de minuut. Grappig, dat gaat in Italië altijd zo als je tenminste interesse toont voor de Italiaanse dis en iets anders neemt dan pasta of pizza. Bij de keuze van het toetje, de dolce, rattelt ze er vrolijk op los. We kunnen er wel genoeg uit opmaken om tot een keuze te komen. We nemen een soort ijs/parfait combi van amandel met chocolade en eentje met aardbeien. Vooral de eerste is hemels. Jord mag de aardbeien hebben, Sten hoeft niks en Bianca en ik delen het hemelse toetje. Vol verwachting komt de serveerster vragen wat we er van vonden. Als ze hoort dat we het geweldig vonden gaat ze weer los en krijgen we te horen hoe het toetje gemaakt wordt. Mooi omdat te zien.
Wat ook typisch Italiaans is, is dat de TV aangaat in het restaurant. Niet zo'n klein dingetje, nee een behoorlijk formaat. Je moet immers vanuit alle hoeken van het restaurant een goed beeld hebben. Nu is er vanavond wel een erg goede film op TV: Pearl Harbor. Het kost moeite om niet kijken hè Sten 😜.
Na het diner gaat de Hütteruhe in. Lekker slapen in een keihard bed, met nieuwe geluiden. Dat zal wel lukken dan.
Dag 7: 16 augustus 2015:
Vandaag een 'verplichte' rustdag. Als we opstaan is het helemaal bewolkt en de verwachting is dat het zal gaan regenen rond het middaguur en dat het pas tegen vijf uur zal opklaren.
Misschien wel goed een pas op de plaats te maken, kan iedereen even bijkomen en zijn eigen ding doen. We gaan in elk geval eens kijken hoe hier op Pocoroba het ontbijt geregeld is.
We hoeven ons geen zorgen te maken zien we als we de ontbijtzaal inlopen. Het is eigenlijk net zo uitgebreid als in Villa Trigona met kaas, vlees (heerlijke Serano ham), diverse soorten fruit, yoghurtjes, sapjes, de nodige zoetigheden en noem maar op. Bovendien cappuccino, espresso, thee. Nu we niet weggaan vandaag nemen we de tijd en ontbijten op ons gemakje. Heerlijk relaxed.
Na het ontbijt lijkt het ons een goed idee even van het zwembad te genieten, Gewoon om lekker rustig te lezen en bij te komen van al het gereis. De jongens blijven op hun kamer om te doen waar zij zin in hebben. Aan het zwembad komen wij Jari tegen, de jongste jarige van Case Damma, hij vraagt, op zoek naar een speelkameraadje, waar de jongens zijn.
We zijn niet de enige bij het zwembad. De plaatselijke ouderen-sociëteit is ook gearriveerd en met veel gelach en kabaal wordt bezit genomen van het zwembad. Ze zeggen wel eens 'hoe ouder, hoe gekker'; dat geldt hier zeker. Na het rondje zwemmen gaat de Italiaanse Schlagermuziek aan en begint de Italiaanse versie van TV ochtendgym met Olga. Volledig ingestudeerde danspasjes worden helemaal synchroon uitgevoerd. Het is duidelijk dat dit clubje hier niet voor het eerst bezig is. Wij proberen ondertussen wat te lezen en nog wat zonnestralen te vangen. Helaas wordt de bewolking dikker en begint het uiteindelijk stevig te regenen en vluchten we allemaal onze kamertjes op. Daar aangekomen blijkt dat Jari de jongens inmiddels heeft weten te vinden.
Wij gaan voor een kop koffie.
Als de zon dan tegen een uurtje of drie weer tevoorschijn komt, willen we toch weer de kamer uit.
We (Jord, Bianca en ik) gaan het dakterras op. Hier staat een kleine loungeset en aangezien onze kamers het dichts aan het dakterras grenzen, gebruikt verder niemand deze set. Lekker in het zonnetje lezen. Bij het zwembad, beneden ons, wordt het inmiddels ook al weer wat drukker.
Sten wil ook wel gaan zwemmen en vindt in Jari een bondgenoot (de rest van zijn familie is ook al die kant op). Met zijn (onderwater)camera en opblaasbare nep autoband plonst hij er vrolijk op los.
Wij gaan tenslotte ook nog maar even bij de pool liggen en jahoor... het Schlagerfestival gaat weer van start 👏🏻.
Wat we vanavond in elk geval nog willen doen is naar de Griekse tempel en theater om in het avondlicht foto's te maken. Aangezien de zon tegen acht uur onder gaat en we van de tempel naar het theater willen lopen gaan we tegen zes uur. Waar we geen rekening mee gehouden hebben is dat het er wel eens druk zou kunnen zijn. Gisteren, toen we even gestopt zijn voor een snelle foto, waren we eigenlijk helemaal alleen. Nu...... is er bijna geen doorkomen aan. Wat een drukte, lijkt wel of heel Sicilië richting Segesta is gekomen. In de zomermaanden zijn er geregeld uitvoeringen in het theater en het is vandaag zondag en .... er is vanavond een uitvoering in het theater. Dat hadden we natuurlijk wel kunnen weten. Bijkomend nadeel is dat het theater nu dus ook dicht is. Jammer, maar geen ramp want we hebben natuurlijk al heel wat theaters gezien de afgelopen jaren (ahummm) en we kunnen eventueel nog naar Taormina. Hebben we meer tijd voor de tempel, alhoewel het nog een hele tour is om die mensenmassa niet op de foto te krijgen. Gelukkig mag je de tempel zelf niet in en is er wel een goede hoek te vinden voor een mooi kiekje met zonlicht op de stenen. Ook net nog tijd om in het zonlicht enkele familyselfies te maken 😄.
Het avondlicht is schitterend en we kunnen wel foto's blijven maken van de omliggende heuvels.
Om ook nachtopnames te maken van de tempel in de schijnwerpers, moeten we wel nog heel erg lang blijven wachten en ondertussen ergens in Segesta een hapje te eten kan ook al niet, want Segesta als dorpje bestaat niet.... duuuh niet goed gelezen. Dan maar terug naar de agriturismo en daar straks eten. Bianca en ik komen nog wel even terug om vanaf de parkeerplaats met telelens de foto te maken. De jongens hoeven niet mee. Zo gezegd zo gedaan. Wij met de auto terug (is maar vijf minuten rijden), een half uur foto's maken en dan (weer) terug naar Pocoroba voor het avondeten. Dat is vanavond niet zo spannend. We nemen namelijk allemaal (bijna) hetzelfde als gisteren. Het smaakt daarom ook weer prima. Na de maaltijd is het avondbusiness as usual. Foto's overzetten en bekijken, mails checken, FB checken, verslag schrijven en oogjes dicht. Morgen staan Tràpani, Erice en de zoutpannen op het programma.
Dag 8: 17 augustus 2015:
Vandaag een volle en lange dag op het programma. Aangezien we de zonsondergang boven de zoutpannen willen zien, wordt het laat voordat we terug zijn. Daarom geen al te vroeg vertrek, anders moeten we wel heel erg lang lunchen ergens onderweg. Dit betekent dat we alle tijd hebben om op te staan en om van het heerlijke ontbijt te genieten. Ergens tussen tien en half elf rijden we weg richting Tràpani. We gaan op zoek naar de kabelbaan die naar het op een berg gelegen Erice gaat. Deze moet ergens aan de rand van Tràpani zijn. Het ritje gaat vlot. Het lijkt wel of het nergens echt druk is op de weg. Ook de aanduiding van kabelbaan hebben we snel gevonden. Opmerkelijk is wel dat de routes steeds de grootste omweg schijnen te zijn, wat daar de reden van is: Joost mag het weten! Ook parkeren gaat vlot, alhoewel dat wat dubieus gebeurt. Als we een parkeerplaats zien, komt er uit het niets een mannetjes aangelopen die ons aangeeft dat er plek is. We draaien in en er is inderdaad nog 1 plek vrij, wel met wat gemanoeuvreer. Wel vreemd: moeten we dat mannetje nu betalen? Maar er staat ook gewoon een parkeermeter. We gaan voor alleen de parkeermeter. Vervolgens op zoek naar de kabelbaan, die er eigenlijk meteen naast ligt blijkt. Inderdaad een echte kabelbaan als in de Alpen of zo en niet de gebruikelijke funiculare, zo'n bergtreintje dat over rails de helling wordt op getrokken. Naast het 'dalstation' nog een hele grote bijna lege parkeerplaats, dus dat mannetje vult zijn eigen inkomsten (waarschijnlijk) illegaal wat aan.
De kabelbaan voert ons in een minuut of tien naar de top van de heuvel, naar Erice. Het blijkt er super toeristisch te zijn, bijna te kitscherig. Alles staat in het teken van de toerist: ontelbare souvenirswinkeltjes, restaurantjes, barretjes en overnachtingslokaties. Dit betekent ook dat er heel wat toeristen moeten zijn ... en die zijn er ook. Zoveel dat het lastig is het mooie van het stadje nog te zien. Het echte mooie is eigenlijk het uitzicht vanaf de rand van het stadje, waar het kasteel is en waar je bovenaan een steile klif staat, enkele honderden meters hoog. Je hebt schitterend uitzicht over Sicilië en op de Middellandse Zee. Het schijnt dat je bij helder weer zelfs Afrika moet kunnen zien. Het kasteel zelf kun je ook bezoeken, maar in een toeristenstadje moet je daar natuurlijk voor betalen en in dit geval is de prijs wel erg hoog voor een lege ruimte boven op een klif. Dan was Enna toch wat vriendelijker voor de bezoeker; hier betaalden we voor een soortgelijk uitzicht.....helemaal niets. Of toch wel €2,50 fooi voor de lokale gids die gratis zn diensten aan bood 😉.
Gezien de beperkte hoeveelheid kleingeld en dus ook de beperkte parkeertijd, is ons bezoekje aan Erice beperkt en gaan we op zoek naar een parkeerplek in Tràpani om het oude stadscentrum te bewonderen en te lunchen. Van Erice heb ik ongeveer de richting weten te bepalen: één lange weg richting centrum. Die rijden we nu af en aangezien het overal tussen één en pakweg vier uitgestorven is, levert dat rijden een stad hier geen problemen op. Aan de rand van het autoloze centrum vinden we een grote parkeerplaats, die nu vooral vol is met strandgasten. Probleem is wel dat we geen kleingeld meer hebben. Als we de auto parkeren komt gelijk een niet al te frisse gast op ons af die ons wel een parkeerticket wil verkopen. Alweer zo'n mannetje die op je auto let maar wat niet inhoudt dat je geen parkeerticket uit de automaat hoeft te halen. Ondanks dat je bijna alle parkeerautomaten met pinpas kunt betalen, lukt dat nergens helaas. En omdat alles gesloten is kunnen we niet aan kleingeld komen. Echter geen gebrek aan hulpvaardige mannetjes, die uit het niets schijnen op te duiken. We vinden het verre van prettig en besluiten Tràpani van ons
ijstje te schrappen en op zoek te gaan naar de zoutpannen om daar ergens idyllisch te kunnen lunchen.
In onze reisgidjes staan een paar mogelijkheden genoemd. De beste schijnt vlakbij te liggen en min of meer bij toeval komen we daar voorbij. Het ziet er goed uit: zoutpannen, museumpje en restaurant van één van de laatste families die nog in het zout zit hier in de buurt. Ondanks dat er toch wat mensen zijn krijgt een familie voor ons de deur letterlijk voor hun neus dichtgegooid: het restaurant is chuiso, gesloten. De manier waarop slaat echt nergens op, hier hebben we geen zin in. Wegwezen en een andere plek zoeken.
We rijden zuidwaarts richting Marsala. Bij het eiland Mozià is ook nog het een en ander te beleven. De weggetjes worden smaller en slechter, maar het uitzicht op .... jawel zoutpannen wordt mooier. Je kunt met een bootje overgezet worden naar het eiland. Dat lijkt ons wel wat, bovendien is er een restaurantje waar we vanavond zeker wat kunnen eten. Nadat we de tientallen folders die bij het betaalloket zijn opgehangen met mogelijke activiteiten en bijbehorende kosten hebben doorgeworsteld kopen we een retourtje naar het eiland inclusief toegang tot het daar aanwezige museum, althans dat heb ik gevraagd. We krijgen alleen maar een retourtje boot. Is ook zo'n 'mooi' verschijnsel hier op Sicilië: alle betaalloketten van bezienswaardigheden zijn volgeplakt met A4-tjes van wat er allemaal gekocht kan worden, maar ook met wat dan vooral niet mag. Je bent het overzicht volledig kwijt. Het is steeds weer een gok wat je krijgt.
Maar OK, wij op het bootje naar het eiland. Ook hier weer overal borden wat niet mag....hé waar kennen we dat van. Ook hier weer een loket voor tickets voor het museum, maar het is absoluut niet duidelijk of hier het gele eiland mee bedoeld wordt of alleen maar het woon huis van een zekere Guiseppe Withacker. We besluiten het erop te wagen en lopen gewoon door, niemand die iets roept. We drinken iets bij een kioskje en maken een kleine wandeling over het eiland. Hier blijken oude opgravingen te zijn, waarschijnlijk heeft die meneer Withacker hier iets mee te maken. Straks even opzoeken.
Aangezien de laatste boot om half zeven terugvaart kiezen wij voor wat veilige marge en nemen de boot van zes. Als we weer op het 'vaste' land staan, lopen we richting restaurant om iets te eten
en te wachten op de zonsondergang. Het is al aardig druk, dus we moeten snel een tafeltje vinden..... niet mogelijk. In het restaurant zijn alle tafels gereserveerd. Op het terras van het
bijbehorende barretje vinden we net nog een tafeltje voor ons vieren. Binnen een half uur is het er één grote chaos. Tientallen mensen proberen nog een plekje te bemachtigen voor de
zonsondergang. Er zitten-staan-lopen minstens 200 tot 250 mensen volledig opgedost voor een avondje uit, voor de passegiata. We kijken onze ogen uit. Dit hebben we nog nooit meegemaakt en dat
alleen voor een zonsondergang. Gelukkig kunnen we nog wat bestellen en hebben ze nog wat te eten, veel keus hebben we niet. Het wordt een Arancine met prosciuto, mozzarella en rijst; geen idee
wat het is. Het blijkt een soort nasibal te zijn, maar dan gevuld met prosciuto en mozzarella. Smaakt nog prima ook. De hectiek rondom ons blijft, ondertussen proberen we foto's te maken van de
zoutpannen met karakteristieke molentjes in de ondergaande zon. Dit blijkt achteraf nog wonderbaarlijk goed gelukt te zijn. Als de zon uiteindelijk helemaal verdwenen is en de keuren blauw,
oranje en rood plaatsmaken voor donkerblauw, zwart met maansikkel, beginnen de meeste mensen aan hun thuisreis. Ook voor ons tijd om te vertrekken, we moeten immers nog een uurtje rijden. We
stoppen nog een keer om een laatste foto te maken. Het licht is ook echt fantastisch en Bianca had zich ook helemaal verheugd deze beelden te fotograferen. Heel erg fijn dat het ook echt zo goed
gelukt is op deze wonderlijke avond. Een super einde van een in het begin wat vervelende dag.
Dag 9: 18 augustus 2015:
Vandaag verplaatsing nummer vier. We gaan van Pocoroba naar Agriturismo Bergi in Castelbuono, een plaatsje ongeveer dertig kilometer onder Cefalù, in het binnenland. Nog een laatste keer een heerlijk ontbijt op Pocoroba, afrekenen en dan is het vertrek. Gelukkig is de afstand niet zo groot als de laatste verplaatsing, bovendien is het meeste dit keer over de Autostrada. Hoelijk wel een mooie route grotendeels langs de kust. Wellicht dat we onderweg nog even stoppen in Monreale. Hier staat een klooster/kathedraal uit de Middeleeuwen met schitterende deels byzantijnse mozaïeken. Mochten we hier stoppen dan slaan we een bezoek Palermo over. Palermo is een lastige stad om te bezoeken. Met de auto wordt de stad niet aangeraden, dan blijft de trein over. Dat zou dan moeten vanuit Cefalù, maar er rijdt maar tot 10.00 uur elk uur een trein en daarna pas weer vanaf 14.00 uur, wat eigenlijk wat te laat is. De trein van 10.00 uur is eigenlijk weer net te vroeg in verband met het ontbijt in Bergi (zo zal later blijken).
Maar goed eerst de tocht naar Castelbuono. Die verloopt eigenlijk prima. Al snel rijden we door Palermo (de Autostrada loopt er dwars doorheen). Het is aan het begin van de middag, dus de ergste drukte is hier voorbij. Na Palermo wordt het weer wat rustiger, alhoewel het hier in het noorden toch drukker op de weg blijft dan in de zuidelijke helft van Sicilië. Monreale, dat net even buiten Palermo ligt hebben we gemist, geen bordjes langs de weg. We zijn al op weg naar Cefalù, steeds een mooie blik op de Middellandse Zee.
Ook tanken hebben we al gedaan. Veel tankstations zijn onbemand, dat vind ik niet handig. Ik wil liever pinnen, maar bij een onbemand station lijkt me dat niets. We moeten even van de snelweg af om een tankstation te vinden. Het eerste is weer een onbemand station, het tweede niet. Het ziet er wat shabby uit en of ik kan pinnen. Een bijpassende pomphouder komt aangelopen: si, si ik kan pinnen. Ik vraag me af waar, maar als hij het zegt. De zaak wordt vol getankt en hij loopt met mijn bankpasje naar een pomp. In een klein kastje bij de pomp staat inderdaad een pinautomaat, die het nog doet ook nog. Ook weer geregeld.
Vlak bij het tankstation hebben we ook een Carrefour gezien. We moeten nog wat boodschappen doen voor water en lunch. Dus ook hier maar meteen naar binnen. Behoorlijk groot, maar wat sij zoeken blijkt toch erg lastig te zijn. De Knackebrød en Hollandse kaas hebben ze blijkbaar alleen bij de Lidl hier. We moeten improviseren. Alle verplichte aankopen zijn binnen, dus we kunnen verder.
Net als ik begin te denken: tolwegen waar zijn die dan? Rijden we tegen een tolpoortje aan. De laatste pakweg 15 km richting Cefalù, zijn tol. Wel een beetje vreemd zo dat laatste stukje, bovendien is het asfalt niet echt geweldig. Vlak voor Cefalù volgen de erg hoge viaducten en verschillende tunnels elkaar in rap tempo op. Ok, nu is het duidelijk waarom dit een tolweg is. Voor de kosten hoef je het niet te laten: we betalen €1,90. Binnendoor kan natuurlijk ook, maar dat duurt beduidend langer en je verstookt zeker meer extra diesel dan €1,90.
Het laatste stuk gaat helemaal binnen door. Castelbuono ligt in een natuurpark. De natuur is prachtig, erg veel groen en erg bergachtig. Inderdaad anders dan in het zuiden waar erg veel landbouw is en dus weinig beplanting en nu alles dor en bruin. Via de nodige haarspeldbochten komen we in Castelbuono aan en leggen we het laatste stukje af richting Agriturismo Bergi.
Vanuit de verte zien we het al liggen, zit er super chique uit. Het terrein en de gebouwen zijn super goed verzorgd. We parkeren en gaan naar de receptie. We zijn al gewaarschuwd dat het wat zakelijker er aan toegaat dan bij de andere. Dat klopt ook merken we: eigenlijk weten ze niet eens wie we zijn. Als dat opgehelderd is worden we naar de kamers gebracht, althans één kamer. De andere is nog niet gereed. We moeten drie smalle trappen op en komen bij een kamer onder het dak. Het ziet er erg donker en weinig aantrekkelijk uit. Bianca is er gelijk klaar mee: dit gaan we niet doen. Ok, er is nog wel een alternatief. Nu maar één trap omhoog, maar toch ook weer twee kamers onder het dak. Er is wel meer licht. Na enige twijfel besluiten we die dan toch maar te nemen. Echt tevreden zijn we niet. Zo is er geen plaats om het koffer neer te leggen, behalve dan op de grond en kruipend je spullen te moeten pakken. We proppen het koffer dan maar met enige moeite in de aanwezige kast. Bianca heeft inmiddels al twee keer haar hoofd gestoten tegen het schuin aflopende plafond ( bij de jongens is het nog erger). De douchebak bij de jongens is zo klein daar kan Sten alias de 'gespierde' spijker, zich niet eens in bewegen. Op de douche ook geen plek om je toiletspullen kwijt te raken, terwijl er best plaats is voor een tafeltje of zo. Geen Wifi op de kamers, onze kamersleutel die een eigen wil heeft (dichtgaan wanneer hij dat zelf wil). Nee we zijn niet echt happy. Wat mij nog het meeste stoort is dat je ook nu weer meteen geconfronteerd wordt met allerlei regeltjes die je niet mag. Een hele lijst hangt tegen de kastdeur opgeplakt. Als we na alle spullen op de kamers gezet te hebben, het terrein verkennen komen we om de twee meter bordjes tegen dat je geen planten mag aanraken, fruit moet laten hangen, de beesten (konijntjes, schildpad en diverse eendensoorten) niet mag voeren terwijl ze in piepkleine hokjes opgesloten zitten. Zo adviseren ze de gasten ook om zeker 2 uur na de lunch of diner pas te gaan zwemmen, omdat dit anders niet goed voor je gezondheid is etc. etc. Kortom om gek van te worden. Nee ons plekje zal het niet worden.
We besluiten dan maar om richting Castebuono te gaan. Er is daar een burcht om te bezoeken en misschien is het verder wel een leuk bergdorpje. We hebben wat moeite met het vinden van een parkeerplaats. Het is allemaal erg smal en onduidelijk, maar we vinden, zeker achteraf gezien nog een leuke plek naast de burcht. Als we het dropje inlopen blijkt ook hier weer een festival te zijn: dit keer een jazz festival. Dat duurt nog tot de 20e. In de burcht is een museum met nu een tentoonstelling van moderne kunst. Nou, niet dat we daarvoor gekomen zijn, maar de entreeprijs is laag dus we nemen een kijkje vooral vanwege het gebouw. Het is toch wel een aardige expositie vind ik en het gebouw is heel erg leuk. Klein in het vierkant met binnenplaatsje gebouwde burcht van een aantal verdiepingen hoog. Al sinds 1316 op deze plek, wel meerdere keren door de heersende markiezen en prinsen verbouwd. Wat erg bijzonder is, is dat de schedel van de H. Anna, moeder van Maria, hier als relikwie wordt bewaard in de mooie kapel van de burcht.
Na dit leuke en verrassende bezoek, lopen we het stadje in. Op het centrale plein, het Piazza Margherita, is het een levendige en gezellige drukte. Veel mensen op de been en zittend op de vele terrasjes. Uit de plaatselijke kerk, probeert een gelegenheidskoortje een moderne versie van het Avé Maria te zingen, met de nadruk op probeert overigens. De drukte concentreert zich met name rondom de patiseria-gelateria Fiasconaro die letterlijk wereldberoemd was vanwege zijn mannaproductie. We lopen nog door enkele straatjes, maar besluiten toch ook op het gezellige Piazza Margherita de lokale ijsspecialiteit te proberen. bovendien heeft Bianca zin in een Aperol Spritz, ik ook maar ja er is maar 1 BOB. Het tafeltje naast ons heeft wel een erg indrukwekkend staaltje gelato-kunst op het bord liggen. Dat willen we ook. We vragen aan de ober wat dat welniet mag zijn: nou dat is een panacotta met ijs. Zo gezegd, zo besteld in de ijssmaak van ieders keuze.
Alleen Sten of ook welgenoemd 'de dodo die zijn eigen nest meeneemt' , is de meest verstandige (jaja eigenlijk niet te geloven, maar bij hoge uitzondering eens een keertje waar). Hij neemt gewoon een hoorntje. Jord the iceman, Bianca en ik gaan voor de hoofdprijs en vergeten even dat onze mond nu groter is dan onze maag. Maar lekker is het wel. Om nog iets te eten gaat nu echt niet meer lukken, we zitten helemaal vol. We besluiten dit maar overmorgen te doen, en dan pas laat te komen om ook nog van de muziek te kunnen genieten. Sten heeft het restaurantje al uitgekozen. Het zal vast het duurste van allemaal zijn.
We gaan terug naar onze 'zolderkamertjes' en hopen te kunnen slapen. Dat zal overigens niet echt gaan lukken vanwege het platte kussen, het feit dat Bianca 's avonds steeds last krijgt van
hoestbuien en constant jeukende muggenbulten waar er elke dag weer nieuwe van bij komen, blaffende kleine hondjes en huilende kindertjes die nog ontzettend laat op zijn. Overigens wel erg
vervelend dat hoesten van Bianca. Eigenlijk is ze wat grieperig vertrokken op vakantie en die hoest gaat maar niet over ondanks alle middeltjes die daartegen aangewend zijn en worden. De airco
zal natuurlijk ook niet echt helpen. Ook wordt ze constant gestoken daar muggen en kleine vliegjes of iets dergelijks. Niet alleen 's avonds, maar ook gewoon overdag. Ze zit (al vanaf de eerste
dag) helemaal onder sterk jeukende bulten.
Dag 10: 19 augustus 2015:
Omdat gisteren het bezoek aan Monreale niet is gelukt is willen we kijken of Palermo vandaag wel lukt, maar dat weten we pas als we in Cefalù zijn. De trein van uiterlijk 14.00 uur moeten we dan hebben, we zullen zien. Eerst maar eens ontbijten hier. Al gauw blijkt dat ondanks alle biologische en zelfgemaakte producten het ontbijt niet aan de vorige twee locaties kan tippen. De cappuccino komt uit een alles-in-een apparaat en smaakt ook zo: slaat echt nergens op. Het vlees en kaas zijn niet gekoeld en ondanks alle vliegen niet afgedekt. Maar goed, we zijn op oorlogspad, dus hier kunnen ze nu niets goed meer doen. We gaan op pad naar Cefalù: een badplaats rondom een rots gebouwd met daar bovenop een oude burcht. Eerst even via de bochtige binnenwegen richting kust en vandaar over de Stradale dello Stato zoveelzoveel richting Cefalù. Een overigens prachtige route pal langs de kust met mooie uitzichten over de zee en de kust. Overal zijn kleine vooral kiezelstranden en in de berm staan levensgevaarlijk de auto's geparkeerd om deze gratis strandjes te kunnen bereiken. Parkeren is sowieso een bijzondere activiteit hier op Sicilië. Overal staan parkeerverboden of uitgebreide verhalen wanneer wel en wanneer niet geparkeerd mag worden en overal waar volgens de borden niet geparkeerd mag worden staan ... juist ja auto's.
Je weet niet wat je er van moet denken of dat je er aan mee moet doen om een parkeerplek te bemachtigen. We willen geen bon (ook vanwege de hoge kosten die de autoverhuurder er nog eens bovenop telt) dus we houden ons maar aan de regeltjes. Dit betekent wel lang zoeken. Nu ook weer. We rijden Cefalù binnen en we zien wel parkeerplekken, maar dat is wel een heel erg ver eind van het centrum af, dus rijden we maar door. Overal parkeerverboden, inrijverboden en overal staan of rijden auto's.
We willen eerst naar de burcht om van het uitzicht over het stadje te genieten. We volgen de weg die omhoog stijgt. yes, weer een lege parkeerplaats; verrassend. We parkeren gratis en stappen uit. Ver komen we helaas niet: we staan bij het plaatselijke kerkhof. Gezien de bodemgesteldheid is het in Italië en ook hier op Sicilië niet mogelijk de doden in de grond te begraven, dus bouwt men met de hele familie een mausoleum. Al die dodenhuisjes staan naast elkaar in straten op het kerkhof. Net als echte huizen, zoveel wensen, zoveel keus. De kisten worden dan in de mausolea ingemetseld, met een een marmeren gedenk plaat van de betreffende overledene ervoor. Zo wordt de hele familie bijgezet. Bianca en de jongens hadden dit nog nooit van zo dichtbij gezien, dus op zich wel even een bijzondere onderbreking. Echter, nog steeds geen burcht of centrum.
We rijden verder, maar nu weer omlaag richting stadje. We blijven deze weg maar volgen en komen uiteindelijk op de Lungomare (boulevard) uit. Hier is natuurlijk geen plekje vrij, of toch wel: er is een grote betaalde parkeerplaats, maar die is vele malen duurder dan langs de kant van de weg parkeren. Voor dit laatste betaal je vaak maar €0,60-€0,80 per uur en is het tijdens de siësta (van 13.00u tot 16.00u) ook nog gratis. Toch nog maar even doorrijden. Hé nog 1 plek vrij, precies zo groot als onze auto lang is. Ik zie de bui al hangen, die krijg ik er nooit tussen gemanoeuvreerd. Maar ja, de verwijtende blikken achter en rechts naast me dwingen me toch een poging te wagen. Wonder boven wonder wrot ik de Passaat er tussen. Voren 10 cm en achteren 10 cm vrije ruimte, maar goed hij staat. Gelukkig hebben we inmiddels wel kleingeld voor een aantal uren.
We lopen langs de kust richting stadje en drinken even een cappuccino in een barretje naast het strand. Vervolgens gaan we richting centrum en richting kathedraal. Het blijkt niet alleen een erg toeristisch stadje te zijn, zeg maar een soort Valkenburg, het is ook nog een erg leuk stadje. Het plein bij de kathedraal is erg gezellig. Aangezien we zelf wat te eten bij ons hebben bezetten we in de schaduw een paar trappen en beginnen aan onze bescheiden lunch van appel, yoghurt en water.
We hebben een aanduiding zien staan van de Tempel van Diana, dat lijkt ons wel wat. We volgen de bordjes bergop, het stadje uit richting loodrechte rotswand. Daar blijkt een rotspark te zijn met een wandelpad dat helemaal langs de rotswand omhoog voert naar de of de tempel van Diana of naar de burcht. Er is helemaal geen weg omhoog voor auto's, de enige weg omhoog is dit wandelpad. Behalve de gekanteelde vestigingsmuur is boven helemaal niets meer van een kasteel of burcht terug te vinden. We besluiten een stuk omhoog te lopen, uiteraard op het heetst van de dag. Zelfs de kaartjesverkoper is voor de warmte gevlucht.
Het eerste deel van de tocht is nog tussen de bomen door met schitterende doorkijkje naar de zee. We klimmen steeds hoger en gaan er steeds verhitter uitzien. Sten is de eerste afvaller. Hij besluit op een rots in de schaduw op ons te wachten. Als de laatste bomen in zicht komen is Bianca ook klaar er mee. Ze staat te trillen op haar benen en gaat onder boom zitten wachten op Jord en mij. Wij willen wel naar boven om van het uitzicht te genieten. De blijkt inderdaad magnifiek te zijn. Zo'n beetje een 360graden uitzicht.
Na deze klauterpartij en het bijtanken van het nodige vocht toch nog even naar het strand. Sten wil heel erg graag even in de zee zwemmen. Ja, je leest het goed: Sten wil heel erg graag in de zee zwemmen. Hij is er van overtuigd dat erg geen vissen zijn, dus het is veilig. Bianca, Jord en ik vinden een plekje in het zand. Nu kunnen we ons 'in-de-auto' koffertje goed gebruiken, met daarin alle strandspullen. Sten maakt dankbaar gebruik van de gelegenheid en blijft in het water uit ons zicht onder het mom van 'als ze mij niet zien, gaan we nog niet'. Na een uurtje of twee vinden we het toch welletjes en gaan we wat eten. Er zijn restaurantjes genoeg.
Vlak voor de invallende duisternis rijden we terug. Het uitrijden uit Cefalù is nog niet zo eenvoudig. We komen op een verkeerde route te zitten. Omkeren is lastig, want het is ontzettend druk de smalle weggetjes en bovendien komen we dan in een oneindige file terecht. Dus we besluiten door te rijden en de navi aan te zetten. De weg gaat steil omhoog en wordt smaller en smaller Volgens mij is hier de laatste maand niemand meer voorbij gekomen, zo overwoekerd is de weg op een gegeven moment. Ook Bea, onze navi stem, weet het niet meer en roept continu dat we moeten omdraaien. Als we helemaal boven op de berg zijn en we de kaart er maar eens bijpakken lijkt ons de brste optie toch maar om te keren. We zitten echt in de middle of nowhere en de weggetjes worden er noet beter op. Rijden in het stikdonker op smalle, kronkelende (haarspeldbochten) weggetjes zonder belijning is niet echt fijn. We rijden de hele route, maar wel via een andere weg, terug naar Cefalù. We komen gelukkig op een rondweg om het stadje heen en al snel zitten we op de bekende kustweg en vervolgens op de binnenweg naar Castelbuono.
Daar aangekomen willen we nog even douchen. Ik sprong onder douche, Bianca volgt en wast nog even twee T-shirts uit. Als Sten wil douchen blijft het water koud en zal ook niet meer warm worden.
Al onze ergernis is natuurlijk weer terug en Bianca besluit meteen een e-mail naar Fundadore te sturen met onze klachten. Morgen zien we wel weer.
Dag 11: 20 augustus 2015:
Hoe zal het vandaag eraan toe gaan hier in agristurismo Bergi? We zullen het van dichtbij meemaken, want we hebben een rustdag ingelast. Een dagje aan het zwembad, dat er overigens prima verzorgd bij ligt. Het ontbijt is, met uitzondering van de gisteren al geconstateerde gebreken, verder OK. Het is wel een beetje druk. Je kunt vanaf 8.30 uur terecht en dan is het inderdaad ook helemaal klaar. De deur gaat ook pas om 8.30 uur open en geen minuut vroeger. Het aantal zitplaatsen in de ontbijtzaal is kleiner dan het aantal gasten, dus het zit er snel vol. Ook veel ouders met echt kleine kinderen, dat maakt het wel wat al te levendig. We zijn ook redelijk snel uitgegeten.
Gelukkig gaan de meeste gasten overdag op stap. Een paar ouders met kleine kinderen blijven op de agristurismo, maar mijden de warmste delen van de dag. Dat betekent dat wij het zwembad voor ons alleen hebben. Sten is altijd het eerst en meest actief in het water. Bianca en ik houden de stoelen bezet en wisselen lezen en zwemmen af. Jord moeten we halverwege de dag uit zijn kamertje trekken. Wat ons betreft heeft hij dan voldoende 'eigen' tijd gehad. We zijn wel met ons vieren op vakantie. Hij duikt dan ook maar in het zwembad en binnen 30 seconde vliegen beide heren elkaar alweer in de haren..... pfff. Zo hobbelt de dag een beetje verder.
We moeten wel nog even over onze ergernis heen, want 's middags hebben we wel zin om wat te eten en onze noodvoorraden zijn uitgeput. Bianca gaat op onderzoek uit en meldt dat we gewoon in het restaurant kunnen lunchen. Dat gaan we dan ook doen. Gewoon een klein hapje; het wordt een kwart pizza. Daarna is het weer zwembad, water, boek, iPad of iets dergelijks.
s' Middags krijgt Bianca ook de reactie van Fundadore op haar mail. De gebruikelijke reactie waar begrip van beide kanten wordt gevraagd. We krijgen wel nog de mogelijkheid geboden om de laatste nacht een andere kamer te betrekken, maar daar zien we vanaf. Dat is teveel gedoe en morgenvroeg is het hier sowieso klaar. We blijven toch een beetje met een kater zitten.Terugkijkend op alle locaties hebben we het idee dat we altijd net de mindere kamers toebedeeld krijgen. Waarom? Misschien omdat we twee 2pk's naast elkaar gevraagd hebben en met kinderen erbij? We weten het niet zeker, maar als we kijken welke kamers de andere Nederlanders krijgen, hebben we wel dat gevoel.
Vanavond gaan we weer naar Castelbuono. Voor een aperatief en/of (klein) ijs en een dinertje. De bedoeling is te eten tijdens een jazzoptreden tijdens deze laatste avond van het festival hier. We gaan weer op het pleintje bij Fiasconaro zitten. Aangezien we toch nog de hele avond hier zijn neem ik ook een Aperol Spritz. Heb ik echt zin in. Bianca doet mee en de jongens gaan uiteraard voor het ijs. Voordeel van de Spritz is dat er ook chips en nootjes bijkomen. Hebben we het voorgerecht al gehad. Het valt wel op dat het minder druk is dan eergisteren, maar het is ook wel een paar graadjes frisser vandaag. Deert ons verder niets, we laten het ons prima smaken.
We hebben aardig wat plezier en de alcohol helpt daar ook wel wat aan mee. We proberen te ontdekken op welk type meisje Sten valt. Hij vindt het een erg leuk spelletje en doet vrolijk mee. Jord vindt het allemaal maar niets en ergert zich geel en groen. Niet zo erg als twee avonden geleden toen hij opeens kwaad wegliep en na een tijdje als een opgeblazen kikker weer aan het tafeltje kwam zitten. Toen hebben we hem eigenlijk gewoon uitgelachen om zijn vreemde gedrag. Hij moet echt eens wat minder serieus zijn en ook eens kunnen lachen. We hebben geen idee wat er aan de hand is. Hij is weer in een andere wereld en we hebben hem al gezegd dat hij hier snel uit moet komen en ook zijn grijze massa weer in beweging moet zetten, want over twee weken begint zijn eindexamenjaar. Wachten tot Kerst, zoals afgelopen jaar, is toch echt te laat.
Het zal ons benieuwen.
We lopen vervolgens richtingjazz podium, nog geen beweging en het restaurant dat we op het oog hebben, heeft eigenlijk alleen maar pizza. Nou daar hebben we eigenlijk geen zin in, behalve Sten want die wil het record pizza Margherita eten verbreken. We zoeken verder. Het enige tentje dat ons leuk lijkt heeft alłeen nog plek binnen. Geen probleem nu het buiten toch wat fris is.
Het (begin van het) optreden missen we, want als we tegen half elf terug naar de auto lopen, die we ergens op een helling in de berm hebben geparkeerd (jaja, we leren het nog wel dat Italiaans
parkeren) is het podium nog niet gereed. Op de terugweg blijkt hoe druk het nog gaat worden in Castelbuono vanavond.
Dag 12: 21 augustus 2015:
Weer een reisdag voor de boeg. Toch verder dan ik had verwacht. Agriturismo San Leonardello ligt in Giare. In mijn gedachte ligt Giara aan de noordwest kant van de Etna, maar niets blijkt minder waar. Giare ligt aan de oostkant van de Etna, tussen Catania en Taormina in. We kunnen de noordelijke route nemen, helemaal langs de kust, of we kunnen de zuidelijke route kiezen, richting Enna door de binnenlanden. Omdat ik verwacht dat de kustroute wel eens erg druk zou kunnen zijn, kies ik voor de binnenland route. Is evenals de noordelijke route wel helemaal over de autostrada. We willen wel op tijd in San Leonardello zijn. Dit omdat de aankomst tussen half twee en vier uur niet mogelijk is vanwege de siësta, maar ook omdat het een erg mooie agriturismo schijnt te zijn. Bovendien we willen het negatieve van Bergi snel vergeten. Volgens mij zij ook, want ze weten geen raad met ons, althans bij het uitchecken geen woord. Prima... we zijn weg.
Eerst stukje moeten we terug naar Cefalù en dan de autostrada op. Het loopt allemaal lekker snel. A20 even richting Palermo en dan de A19 afbuigen richting Agrigento, het binnenland in. Het wordt ook lekker rustig, dus de cruise op 120 en gaan met die banaan. Zo zijn we lekker vroeg in Giare.
Maaaaaarrrr ..... Italië zou Italië en Sicilië zou Sicilië niet zijn als aan die dagdroom snel een eind komt. Zomaar ineens is de snelweg volledig afgezet en moeten we er vanaf. Wat volgt is met geen pen te beschrijven. We rijden over ontzettend kleine en smalle weggetjes, berg op berg af, dorpjes in en dorpjes uit. De wegen zijn erbarmelijk, het lijkt op een gegeven ogenblik wel gewoon een landbouwweg. Dan staan we stil voor een verkeerslicht, waarschijnlijk om het verkeer op een tijdelijk stuk aangelegd betonweg met een hellingspercentage van 27% !!!! (ja dat staat echt op het verkeersbord) te reguleren. Bij het verkeerslicht lopen mannetjes in oranje vestjes bonnetjes uit te delen, geen idee van wat. Ik erger me geel en groen vanwege dit oponthoud en laat mijn raampje mooi dicht als zo'n bonnenverkoper bij onze auto staat. Mijn ergernis is blijkbaar te zien, want hij probeert het ook niet eens. Dan gaat het licht op groen en gaan we rijden. De helling is knap steil. Ik kan alleen in de eerste omhoog. We zijn natuurlijk maximaal volgeladen en de trekkracht van de 1.6 TDI kan ik niet als geweldig bestempelen, zoals we al eerder gemerkt hebben. Als we bijna boven zijn valt de rij voor mij stil. Ik kom op een erg steil stuk stil te staan. Als we door kunnen komt de diesel niet meer op gaan. Telkens als ik (plank)gas geef en de koppeling laat komen slaat hij af. En nu????? Het lastige van deze auto is dat er een elektrische handrem op zit, dus een knopje indrukken en de handrem wordt aangetrokken. Geen idee hoe ik dan met behulp van de hellingproef kan wegrijden. Ik heb daar de afgelopen week al een paar keer problemen met gehad. Mijn trucje van koppeling en veel gas werkt nu niet meer. Dan toch maar de elektrische handrem erop, plankgas geven en wachten tot het toerental op maximaal staat en dan koppeling los en elektrische handrem eraf.... met bijna spinnende wielen gaat hij er van door. Gelukkig we rijden weer. Ik zag de bui al hangen; achteruit de helling af tot een minder steil stuk. Zou wel een afgang zijn voor onze Duitser.
Na dit akkefietje zijn we er nog niet vanaf. We komen gelijk achter een vrachtwagentje met daarop een minigrijpertje te zitten. Schiet allemaal niet op, maar door de bochtige route en het erg slechte wegdek is inhalen geen optie. Hoe slecht het wegdek is? Nou van een vlak wegdek is hier geen sprake. Er zitten hobbels in de weg die zomaar 10-15 cm bedragen. Je stuitert echt alle kanten op en je moet uitkijken dat de bodemplaat de grond niet raakt. In alle ergernis zie ik toch een mogelijkheid om in te halen, alleen van de andere kant komt er toch nog een auto de bocht omzeilen. We komen met de schrik vrij. Overigens zal een Siciliaanse automobilist hier niet echt van onder de indruk zijn, dit is hun normale rijstijl.
Na een driekwartier gecirkel komen we uiteindelijk toch weer op de A19 terecht en gaat het gas er weer op. Wat opvalt hier in Sicilië dat er ontzettend veel bruggen en tunnels zijn. Tunnels vooral langs de kust en bruggen zo'n beetje overal. Maar geen bruggen die over een weg heen gaan en zo'n 25-40 meter lang zijn, nee stukken snelweg op bruggen van kilometers lang. De weg gaat dan niet over de bergtop heen, maar ook niet door het dal, maar er ergens tussen in. Waarom deze dure constructies? Geen idee. Het onderhouden van deze constructies is peperduur, dat blijkt ook wel want hier in het midden van Sicilië is er blijkbaar het geldt niet voor. Ondanks dat het een tweestrooks autosnelweg is, is er maar één strook open, precies midden op de rijweg. Je rijdt tussen afzetschotten door en waant je Max Verstappen op een of ander exotisch circuit. Alleen de bijbehorende snelheid klopt niet, want ook het berijdbare deel zit vol met bulten en hobbels.
Als we meer in de buurt van de oostkust en Catania komen neemt de hoeveelheid verkeer snel toe en ook de kwaliteit van de weg verbetert snel. Nu is het de drukte die de snelheid beperkt maar goed uiteindelijk komen we rond de klok van half één in San Leonardello aan.
Zo midden op de dag is het er redelijk rustig op de agriturismo. We worden meteen welkom geheten door Vera. Ze spreekt redelijk goed engels met het grappige Italiaans accent. De formaliteiten worden afgehandeld, terwijl we op het terras met uitzicht op zee en waarschijnlijk Taormina een citroen drankje (nee geen Limoncello) en een frambozengebakje aangeboden krijgen. Kijk zo kan het natuurlijk ook en voel je je gelijk veel meer welkom. De jongens zijn al richting zwembad vertrokken voor een verkenningsronde. Bianca gaat er ook achter aan. De ons inmiddels bekende Nederlanders zijn ook allemaal hier. Die vertrekken vanavond met Transavia richting Eindhoven, dus genieten de laatste uurtjes van de zon. Ik wacht maar geduldig tot iedereen weer terugkomt en we naar de kamers kunnen. Het zijn twee redelijk ruime kamers naast elkaar met een kleine badkamer in een authentieke (tenminste dat nemen we aan) landelijke stijl. Voor onze kamers hebben we een zitje onder een soort pergola die helemaal begroeid is met wijnranken waar de druiven inmiddels bijna rijp aan hangen. In de verte uitzicht op zee. Erg mooi allemaal. Vanaf het zwembad is er uitzicht op de Etna, maar die is inmiddels helemaal in (donkere) wolken gehuld. Erg jammer dat het hier zwaar bewolkt is sinds..... vandaag begrepen we van de ons inmiddels bekende Nederlanders.
De rest van de dag brengen we in alle rust door of aan het zwembad of op ons terrasje. Tijd om te lezen, iPads te checken of te zwemmen. Tegen de avond moeten we op zoek naar een supermarktje en naar een eettentje. In San Leonardello kunnen we vanavond niet eten, omdat niemand zich voor het avondeten heeft opgegeven. Vera geeft ons wel een adresje waar we wel wat kunnen eten.
We stappen in de auto en gaan op zoek naar het eettentje. We rijden in de aangegeven richting, maar hoe we ook rijden , we kunnen het niet vinden. Wel vinden we een ARD ( hahaha ja zoals de Duitse TV-zender) voor wat boodschappen, zodat we in elk geval morgenmiddag wat te eten hebben. Is wel duidelijk dat we niet in de beste buurt van Giare zijn aanbeland. Dan maar weer op zoek naar een eettentje. We rijden wat rond en komen uit eindelijk weer bij het beginpunt uit. Hier is wel een eettentje maar dat lijkt meer op een paticeria- gelateria. Toch maar even vragen. De vitrines zien er erg leeg uit en de twee jonge meiden achter de toonbank hebben het werken ook niet uitgevonden. Als ik vraag of we er iets kunnen eten kijken ze me aan alsof ik van een andere planeet kom en in rap Italiaans roepen ze dat ze om acht uur dichtgaan (het is pas half zeven!!!) en dat we niets meer kunnen eten. Nou dan hoeft het voor mij sowieso niet meer. We lopen uit. Een man met een gelota spreekt ons aan. Hij vraagt of we een restaurant zoeken. Si, dat is het geval en hij wijst ons de weg. Het is maar 300m dus even lopen. Nu is het zo dat Italianen geen meter lopen en meteen in hun macchina (auto) springen al is het 10m, dus het inschatten van afstanden is niet hun sterke kant. Die 300m is toch wat verder, dus ik haal toch maar even de auto. Bianca en de jongens staan al bij de inrit naar La Serre. Nu herinner ik me inderdaad dat Vera dat gezegd heeft. We gaan naar binnen, maar daar is het nog uitgestorven. Waarschijnlijk zijn we wat aan de vroege kant. Dat blijkt te kloppen. Om acht uur gaat het hier pas open. Dan nog maar even terug naar San Leonardello om de boodschappen in de koelkast te stoppen. Het is ook maar vijf minuten rijden.
Omdat onze Nederlandse vrienden gezegd hadden dat het snel volloopt in La Serre zorgen we dat we op tijd zijn. Er is nog plaats, gelukkig. We zitten buiten op een terras met net de overkapping boven ons, dat houdt de kilte van de avond, die we gisteren gevoeld hebben, wel weg.
We bestellen wat te eten, maar weten niet helemaal wat het gaat worden. Hier komen vooral italianen eten en niet zoveel buitenlanders. De kaart is dan ook volledig in het Italiaans, maar dat maakt het wel veel leuker.
Het volgende uur loopt het restaurant echt helemaal vol. Het is natuurlijk vrijdagavond en de Italianen gaan met de hele familie uiteten. Van baby tot opa en oma, alles gaat mee en er wordt uitgebreid (vooral in tijd) getafeld en gepraat. Toch wel een ander belevenis als dat wij dat kennen. La famiglia is in Italië ontzettend belangrijk, daar draait alles om.
Ons eten wordt gebracht. Aangezien we de primo en de secondo gelijktijdig hebben laten komen zijn ze volgens mij in de keuken de draad kwijtgeraakt. Iedereen heeft een bord voor zich staan en iedereen heeft wat van de ander. De beste combi blijkt Jord te hebben. Bianca heeft de escaloppe (schnitzel) van Sten en Sten heeft de pollo (kip) van Bianca en ik ....... ik heb een pasta waarin alle pepperoni van heel Sicilië zit. Poeh..... ik ben al niet zo'n fan van heet eten. Ik proef helemaal niets meer, gelukkig brengt de insalata pomodoro wat verkoeling.
Ondanks de hete ervaring toch een erg gezellige en leuke avond, zeker om zo tussen de Sicilianen in te zitten. Terug in San Leonardello mog even buiten op het terras bijkomen, wel lastig dat we
steeds de muggen van ons af moeten slaan en Bianca weer een aantal erg jeukende bulten erbij heeft.
Dag 13: 22 augustus 2015:
Hier in San Leonardello hebben we eigenlijk maar 1 programma onderdeel en dat is een bezoek aan de Etna. We hebben overwogen om zelf naar de Etna te rijden en dan daar de lift en de jeeps naar de top te boeken, maar dat hebben Bianca en ik vijf jaar geleden ook al gedaan. Bianca wil eigenlijk iets anders en heeft in NL al een aantal websites met tochten naar de Etna ontdekt. Etnaexperience biedt onder ander een sunset excursie aan, waarbij een lavagrot wordt bezocht, een wandeling over de vulkaan gemaakt wordt en de zonsondergang vanaf de Etna bekeken wordt en waarbij tevens ook nog een snack verzorgd verzorgd. We wilden deze tocht niet al vanuit NL boeken, want je weet nooit hoe het een reis verloopt of wat het weer zal doen. Ik heb gisteren met behulp van Vera de tocht geboekt voor morgen, zondagmiddag. Vandaag was er helaas geen plaats meer. Jammer, op de laatste dag een tocht van 15.30 uur tot 21.30 uur maken, is niet het meest ideale, maar goed ik heb geen keus. Betekent wel dat we vandaag een rustdag hebben.
We besluiten helemaal niets te doen behalve zwemmen, lezen en luieren en vanavond hier op San Leonardello te dineren. Uit recensies en de gegevens van Fundadore blijkt dat dit hier erg goed moet zijn. We zijn ook wel weer toe aan een rustdag. Elke dag op stap is redelijk vermoeiend en ik ben het rijden wel een beetje zat. In totaal zit ik al bijna op 1600 km, een aardig totaal voor een eiland dat half zo groot is als Nederland.
Zoals gezegd is het vandaag vooral zwembad, lezen, reisverhaal bijwerken, luieren, ieder een beetje zijn eigen ding doen. Sten zit vooral in het zwembad en Bianca en ik houden hem zo nu dan wat gezelschap en we gooien wat met een bal over en weer en doen een spelletje waterhandbal. Verder probeer ik mijn boek uit te lezen en in de tussentijd ook nog wat kleur te krijgen. Zal niet helemaal lukken, maar ik schiet aardig op (zowel het boek alsook de kleur 😀). Bianca heeft het boek wel uit en heeft in de 'leeshoek' bij het restaurant nog een Nederlandstalig boek gevonden. Wat Jord de hele dag doet? Hij 'verbergt' zich op zijn kamertje en probeert eveneens een dik boek uit te lezen of leest verhalen op zijn iPod. Ook nu weer vinden we dat hij 's middags ook maar even frisse lucht moet krijgen en een duik in het zwembad moet nemen.
Tegen de avond even douchen om fris en fruitig aan het diner te kunnen beginnen. In de tuin bij het restaurant met mooi uitzicht op zee en Taormina in de verte. We zitten beschut tegen de wind, dus is het goed uit te houden. Het wordt een hele Italiaanse maaltijd met alles er op en er aan: antipasti, primo, secondo, dolci. De antipasto is een bruschette met een mix van paddestoel en paprika. De promo is een pasta met aubergine, redelijk standaard zonder al teveel toeters en bellen. De secondo is petto di pollo, of wel een kipfilet in citroen gevolgd door gebakken deegrolletjes met zwaardvis en gefrituurde mosselen. Als toetje krijgen we eerst fruit en daarna een in een soort wafelflensje gerolde chocolade. Niet alles valt in even goede aard, maar de jongens hebben zich kranig geweerd en in elk geval alles geprobeerd en geproefd. Het eten was prima en goed verzorgd, maar heel erg bijzonder nou ook weer niet. Er wordt door Fundadore wel iets teveel credits aan gegeven. We waren in elk geval blij eens even net iets anders gegeten te hebben dan pizza of alleen pasta.
Omdat het avondeten in Italië altijd pas vanaf 20.00 uur begint is het steeds laat voordat we de luiken sluiten. Nadeel is dat we met een volgevoel in bed liggen, iets waar wij helemaal niet aan gewend zijn. Gevolg is dat ik eigenlijk slecht slaap en last van mijn maag heb. Gelukkig slaan we de lunch meestal over om te compenseren, alhoewel we vanmiddag toch wel even een boterhammetjes gesmeerd hebben. We hebben de boodschappen niet voor niets gedaan.
We hebben wel nog even moeten regelen dat het licht weer gaat branden, geen stroom. Gelukkig wordt hier ook tijdens de siësta hulpgeboden en is het probleempje snel gefixed. Wel belangrijk, want
anders is er geen koffie 😱.
Dag 14: 23 augustus 2015:
Vanmiddag de tocht naar de Etna. Vervelend is wel dat we niet opgehaald worden in San Leonardello, maar dat we worden opgepikt bij het centraal station van Catania. Aangezien we niet precies weten hoelang we daar over rijden besluiten we op tijd te gaan. Tegen een uur of twaalf. Tot die tijd dus nog rustig aan: te beginnen met het ontbijt. Dat is hier (bijna) helemaal perfect. Bijna omdat er geen eitje is voor Jord. Voor de rest is alles er wel. Kaas, vlees, fruit, veel zoetigheden zoals overal en yoghurt. Cappuccino en espresso wordt vers bereid. Fijn is dat we hier ook buiten ontbijten, net zoals in Villa Trigona. Geeft toch meer een vakantiegevoel: na morgen zitten we waarschijnlijk weer gewoon binnen.
We kijken steeds met een schuin oog naar de vulkaan. Het zou vandaag goed weer worden, maar als we naar buiten kijken dan is de lucht rondom de vulkaan toch weer bewolkt. De vulkaan is actief en laat constant gas ontsnappen. Deze hete lucht koelt af en veroorzaakt een wolk. Verder stijgt de warme lucht van het land langs de vulkaan omhoog en koelt daardoor af, waardoor er ook wolken ontstaan. We hebben nu alleen de pech dat we in de windrichting van deze wolken zitten. 20 km naar het noorden of naar het zuiden aen we zouden in de zon zitten. Hopelijk wordt de bewolking vanmiddag of tegen de avond minder.
Na nog een laatste rondje zwemmen is het tijd om richting Cantania te vertrekken. Zoals gezegd we hebben geen idee hoe lang we er over doen. We kunnen de autostrada nemen, maar ook de SS114. Ons idee is om nu de SS114 te nemen om te zien hoe het hier opschiet. Weten we of dit voor morgen, als we naar het vliegveld van Catania moeten, een optie is. Ook moet ik nog ergens tanken, om de auto morgen met volle tank af te leveren. Op de autostrada is geen tankstation. Langs de SS114 wel. Dat moet dan wel vanavond op de terugweg gebeuren, anders krijg ik er morgen gedoe over bij de aflevering. Al snel hebben we in de gaten dat deze route voor morgen gen optie is. Alhoewel het niet druk is, ligt de snelheid door alle dorpjes en de vele verkeerslichten erg laag. Is dus geen optie, morgenochtend verwacht ik ook meer verkeer.
Na driekwartier komen we in Catania aan. De hulp van Bea, onze navi, was zeer welkom. De Italianen zijn meester in het verzinnen van de meest vreemde oplossingen voor verkeersproblemen. Een beetje extra hulp, plus het waakzame oog van mijn rechter buurvrouw leidt ons richting Centraal Station. We rijden even een rondje om een parkeerplek te vinden. Steeds weer het eerder genoemde dilemma van mag ik hier wel of niet parkeren overwegend. We parkeren langs een grote weg, beetje vreemde plek omdat er bijna niemand geparkeerd staat. Het is ook biet zo'n lekkere omgeving. Het centraal station ligt niet in de buurt van het centrum en misschien is dat de reden voor alle vreemde figuren die hier rondlopen. Ook zijn grote delen van de omgeving niet bebouwd maar wel ommuurd. Het doet een beetje ongemakkelijk aan.
De rit heeft ongeveer driekwartier geduurd en we hebben tijd om het centrum te bezoeken. Volgens de reisgidsjes moet dat zeker de moeite waard zijn. Omdat het bouwmateriaal van de vulkaan afkomstig is, zijn de gebouwen in het centrum zwart. Maar, zoals we zullen zien, niet deprimerend. De barokstijl en de lichtere accenten in de gebouwen geven het geheel een erg aparte uitstraling.
Om in het oude centrum te komen moeten we mog een stevig stuk lopen. We kennen de weg niet precies, alleen de richting. Het kaartje in onze reisgids is net te klein om de wandeling vanaf het centraal station af te beelden. Na een kleine omweg komen we er toch. En inderdaad het domplein ziet er prachtig uit met de indrukwekkende dom, de omliggende gebouwen in zwart, waaronder het raadhuis en de centrale fontein van een zwarte olifant met een obelisk op zijn rug. Hé is dat even toevallig.... een soortgelijk monument hebben we eerder gezien. In Rome staat het monument van de olifant met obelisk op zijn rug bij de Sta. Maria sopra Minerva vlak bij het Pantheon. Die creatie is van Bernini. Is wel wat kleiner de de versie hier in Catania, die nog een waterbekken heeft.
We lopen nog even naar een parkje met fontein die onder de oude spoorbrug door te zien is, maar dat ziet er van dichtbij toch wel iets minder fraai uit. Veel afval, iets wat we op meer plekken hier in Sicilië zijn tegen gekomen. In de straatjes rondom het domplein een zelfde aanblik. De vismarkt wordt opgeruimd en veel troep overal. Ook staan veel gebouwen in de steigers. Ik vraag me af of dat is om ze te restaureren of om er alleen maar voor te zorgen dat geen stukken pleisterwerk op de hoofden van de voetgangers terecht komen. We zijn snel uitgelopen dus, maar hebben inmiddels wel zin in een drankje. We zien een leuk barretje met terras, we gaan zitten. Het is toch wel behoorlijk warm en dan gaat een Aperol Spritz er altijd in. Omdat ik de komende uren toch iet hoef te rijden, sluit ik me bij Bianca aan. Fijne bijkomstigheid is dat in Italië een alcoholische versnapering meestal wordt vergezeld van een bakje chips en nootjes. Hier doen ze er nog een schepje bovenop. De nootjes zijn vervangen door olijven en we krijgen er nog minipizzaatjes bij. Is het probleem van een lunch ook meteen getackeld. Niet dat het zoveel is, maar wel om even mee vooruit te kunnen.
Als snel is het tijd om weer richting station te lopen. We moeten nog wat kleren pakken en wisselen. Op de Etna, die ruim 3000m hoog is, is het zeker 15 graden kouder dan hier in Catania en omdat we pas na zonsondergang terug zijn is een vest en goede schoenen wel het minste.
Helemaal klaar voor de tocht wachten we bij het station. Bianca's onrust neemt toe: moeten we wel hier staan en hoe weten ze dat wij de deelnemers zijn. Hoe ziet hun auto eruit enzovoort, enzovoort. Dus ik besluit maar even een mailtje te sturen. Ik krijg heel snel een reactie terug. De gids is er in 10 minuten. Hij heet Allessandro en komt in een groene jeep.
We hoeven inderdaad niet lang te wachten als ik de groen landrover inderdaad zie aankomen. Allessandro stapt uit en we maken kennis. Er zullen nog 4 mensen meegaan. Twee komen er al aanlopen met een grote pizzadoos. Het blijken twee jonge Chinezen uit Sanghai te zijn die in München werken. Het wordt wel proppen in de jeep. Wij kruipen met ons vieren achter in de bak. De twee Chinezen op de achterbank en we gaan op weg naar de andere twee deelnemers.
We zijn nog niet weg of Allessandro vindt de indeling maar niets. Hij heeft natuurlijk liever Bianca naast zich zitten 😉, dus we wisselen. De jongens blijven achterin, ik ga naast de twee Chinezen op de achterbank zitten en Bianca voorin op de bijrijdersstoel. We gaan op weg. Ondertussen vertelt Allessandro in goed verstaanbaar Engels al van alles over de Etna: over zijn 5 namen en waarom die er zijn. Zo is Etna van origine een Griekse aanduiding. Er is ook een Romeinse en Arabische aanduiding: Monsjebel (geen idee of je dat zo schrijft) van Mons (Romeins voor berg) en Djebel (Arabisch voor berg). Ik zelf vind de vergelijking tussen de Etna en de Stromboli wel leuk: de Etna die alleen maar rookt en af en toe uitbarst en goed is voor de omgeving wordt als vrouwelijk aangeduid (Ida) en de Stromboli die dagelijks met veel gerommel en machtsvertoon lava spuwt wordt als mannelijk aangeduid (Idu). Dat de Etna goed is legt hij ook uit: zo zorgt de Etna voor voldoende water (sneeuw in de winter die smelt), voor vruchtbare grond, voor bouwmaterialen n voor toeristen.
We rijden inmiddels op de Autostrada richting Giare. Ik tik Bianca eens op haar schouder en zij knikt al. Het zal toch niet zo zijn dat we in Giare van de snelweg gaan en daar de laatste twee personen oppakken...... jip we gaan er in Giare vanaf. Dat is wel erg stom. We komen ongeveer langs San Leonardello, maar het was niet mogelijk om ons op te halen? Nu moesten wij verdorie helemaal naar Catania. Bianca spreekt Allessandro hierop aan, echter hij is maar ingehuurd als gids en heeft geen bemoeienis met de reserveringen maar hij vindt het wel vervelend, alleen hij kan er niets mee.
Vanuit Giara rijdt hij vervolgens richting Etna, steeds hoger en door mooie wijngaarden, citrusgaarden en fruitboomgaarden. Het uitzicht op zee is ook schitterend. In Zafarena pikken we een Italiaans stel op. We zien meteen dat dit wel een erg leuk dorpje is, daar zouden we zeker naar toe zijn geweest als we het hadden gekend. We weet voor ooit eens. Het stel wordt in rap Italiaans bijgepraat en we gaan verder. Allessandro gaat ook verder en hij legt het verschil uit tussen de Etna en de Vesuvius en hij laat ons de lavavelden zien van de uitbarsting in 1752. Hij vertelt ook waarom er geen bosbranden ontstaan bij uitbarstingen. Dat komt omdat stromend lava heel erg snel afkoelt en dat de bovenlaag dan nog maar 150 graden is, terwijl hout pas brandt bij 350 - 400 graden. Dus alleen bomen en struiken die in de route van de lava liggen worden verwoest, want de lava is onder de afgekoelde laag wel ontzettend warm, meer dan 500 graden.
In het lavaveld van 1792 houden we halt, we gaan een lavagrot bezoeken. De grot is 300 m lang, maar we bezoeken ongeveer 150 m. We krijgen allemaal een helm en een zaklamp en wie wil een extra jas. Naast de weg ligt de toegang tot de grot. De grot is deels 2-3 m hoog, maar deels ook maar iets meer dan een meter. Bovendien is de bodem rotsachtig en lastig te belopen. Allessandro vertelt dat er enkele verschillen zijn met kalksteen of druipsteengrotten. Zo worden lavagrotten in twee - drie weken gevormd en veranderen daarna nooit meer. Een druipsteengrot doet er miljoenen jaren over om te ontstaan. Een lavagrot heeft ook een soort stalactieten, maar die zijn ontstaan door het afdruipen van warme lava van bet plafond, dat vervolgens afkoelt. Deze stalactieten veranderen ook nooit mee, ze worden niet groter en ze worden niet kleiner. In druipsteengrotten is dat een permanent doorlopend proces. We zijn niet de enige groep die deze plek aandoet en na wat familiefoto's gaat de tocht verder en rijden we richting kabelbaan. We komen dan in de lavavelden die in 2001 en 2002 ontstaan zijn. Hier stoppen we en gaan te voet verder. Allessandro vertelt ons nu alles over de soorten vulkanen. Zo zijn er vulkanen die as uitstoten, vulkanen die lava uitspuiten en vulkanen die lava laten uitvloeien. Hij vertelt ook hoe die kraters er vervolgens uitzien. Hier op de Etna kan hij ze allemaal laten zien. Dat komt omdat de Etna naast de moederkrater honderden kleine kraters heeft die ooit uitgebarsten zijn. Al die kraters zijn nog zichtbaar en daarom is het ook zichtbaar welk soort vulkaan dat is geweest. Het is erg vreemd om bij zo'n krater te staan en je te realiseren hoeveel vernietigende kracht daar uit is gekomen en dat terwijl die kraters nog van heel bescheiden omvang zijn. Wel is het zo dat er vaak een aantal kraters tegelijk uitgebarsten zijn, maar als de 2001 krater bekijkt en ziet hoeveel lava daar uitgekomen is, dan wil ik niet weten wat er gebeurt als ooit de moederkrater tot uitbarsting komt. Al met al een erg interessant verhaal over vulkanen dat misschien wel een tikkeltje korter gekund had, maar Allessandro moet natuurlijk wel zijn tijd volkrijgen. Helaas is een zonsondergang niet echt mogelijk, daar is teveel bewolking voor. Aangezien de zon in het westen (in dit geval boven land) ondergaat, is de krater van de Etna als schaduw in de zee (het oosten) te zien..... helaas, helaas. Bianca, de jongens en ik zijn nog tegen een krater opgelopen om toch nog iets van een zonsondergang te hebben, maar er zat helemaal geen kleur in de lucht.
Het wordt nun snel donker en we rijden de berg weer af met in de verte de lichten van Catania (zuiden), Taormina (noorden) en Calabria, het vaste land van Italië in het oosten. Plotseling draait Allessandro een parkeerplaats op en rijdt vervolgens de 'bush' in op zoek naar een geschikte picknick plek. Die is er natuurlijk en zittend aan een picknicktafel, zo eentje zoals wij ook achter in de tuin hebben staan, wordt in de lichten van de auto en wat zaklampen de avondsnack opgegeten. Die avondsnack bestaat uit verschillende variaties koude pizza en wijn. Gelukkig is er ook nog vruchtensap voor de jongens en een fles water, o.a.voor mij. Ik moet immers nog een stuk terugrijden. De pizza's... tjsa het gebaar is leuk. Ik heb gewoon het idee dat ik in een Berlinerbol bijt en dan is het wel heel erg vreemd om dan mozzarella en tomatensaus te proeven.
Tegen half tien zijn we terug bij de auto. De overige deelnemers hebben de jeep al verlaten en ook wij worden netjes bij de auto afgezet. Bianca krijgt een Italiaanse omhelzing, de jongens en ik uiteraard een hand. Een leuke middag/avond en bovendien erg leerzaam. Ons rest nog de terugreis naar San Leonardello. Dat is in het donker niet altijd even gemakkelijk. In en rondom Catania is iedereen weer wakker uit de siësta en vindt het blijkbaar nodig om de zondagavond langs het strand te vertoeven. Het is één grote file op de SS114. Het rijdt allemaal kriskras door elkaar. Als we Catania achter ons laten word ik toch nog twee keer verrast en rijdt de verkeerde weg in, sta je opeens midden in een dorpje. Zelfs Bea, onze navi, weet het af en toe niet meer en als dat het geval is roept ze ....... keer om....keer om. Nou, dat lijkt ons niet zo nodig. Wel onderweg nog even getankt, hoeft dat morgen niet meer, dan gebben we genoeg andere dingen aan ons hoofd. Tegen een uurtje of elf zijn we weer bij onze kamers. Bij de eigenaren is het nog feest op het terras: de hele familie is aanwezig en hoorbaar. Gelukkig is dat tegen twaalf uur meestal voorbij.
Wij moeten nog even de dag laten zakken en maken nog een koffie en de jongens een chocomelk.
Even een stuk lezen en dan ogen dicht. Morgen gaat om 6.30 uur de wekker voor onze terugreis.
Dag 15: 24 augustus 2015:
Tsja ik zou me er makkelijk van af kunnen maken en zeggen dat de terugreis prima verlopen is en dat we weer goed thuis aangekomen zijn, maar dat is wel erg gemakkelijk.
Nee de wekker loopt zowel bij ons als bij de jongens om 6.30 uur af. Bianca vindt dit eigenlijk veel te vroeg. We kunnen pas om 08.00 uur ontbijten en volgens haar hebben we echt geen anderhalf uur nodig om op te staan en de laatste dingen in het koffer te gooien. Het geeft mij toch een beter gevoel als we die tijd wel hebben, dus inderdaad om 6.30 uur loopt de wekker af. Om 07.15 uur zitten we al buiten en zijn we klaar. Yip, Bianca heeft gelijk gehad 😁. Hebben we wel de tijd om in alle rust iPads en iPhones te checken voordat we thuis zijn. Ook kunnen we nu in alle rust genieten van een bijna wolkenloze hemel en kunnen we voor het eerst de top van de Etna zien. Erg jammer dat, nu we naar huis gaan, het wel onbewolkt is met helder zicht op de top. Hoe mooi zal de zonsondergang vanaf de Etna vanavond wel niet zijn 😞.
We zorgen er voor dat we precies om 8 uur bij het ontbijt zijn en dan blijkt dat ook hier om 8 uur begonnen wordt met het optuigen van het ontbijtbuffet, dus we ontbijten in delen, steeds nemend wat nieuw neergezet wordt. De cappuccino als laatste, maar smaken doet het toch wel.
Dan is het toch echt tijd om te gaan. Ik reken nog even het diner van eergisteren af, roep arrivederci en we vertrekken (natuurlijk wel nog even de koffers in de achterbak).
Via de Autostrada, met € 0,90 tol, rijden we naar de luchthaven. Rondom Catania is het wel druk, maar nergens staat file en dus rijden we na ongeveer driekwartier het luchthaven terrein op, op zoek naar de rentalcar return van Europacar/Sicilian Car. Dat lukt niet helemaal in 1 keer, maar goed we weten nog hoe het er ongeveer uitziet en met een speurende Sten op de achterbank weten we het toch te vinden. Een 'mannetje' van de verhuurder onderwerpt de auto snel aan een keurende blik om eventuele extra schade te ontdekken, hetgeen uiteraard 😁, niet gebeurd. Wel weer de gebruikelijke discussie omtrent de inhoud van de tank. Tsja, er is altijd benzine uit, aangezien ik niet tank op de luchthaven. De 'schade' blijft beperkt tot € 7. Geen idee hoe ze dat bepalen, maar goed daar ga ik verder niet over lopen zeuren.
Koffertjes in de hand en lopen maar. Het is een aardig tripje naar de vertrekhal, vandaag in het zonnetje. Bij de incheckbalie staat een stevige rij. Ik loop stevig te balen, pfff gaat ff duren. Gelukkig ben ik een heel geduldig mens ... NOT. Ik zie drie desks verder de tekst staan "bagage drop off". Hé, ik heb al ingecheckt, dus waarom sta ik dan in de verkeerde rij? Even voor de zekerheid vragen en snel wisselen. We zijn meteen aan de beurt.... ik ook weer blij 😀.
Dan maar richting security check. Verder geen probleem, lijdzaam (of is het leidzaam hahahaha) ondergaan en dan staan we al bij de gate. Hier iets meer plaats dan op Rome en kunnen we zitten. De vlucht gaat prima op tijd en komt prima op tijd in nog steeds hectisch Rome aan.
Weer hetzelfde gedoe als op de heenreis. We moeten deze keer wel een stevig stuk lopen en de transfertijd is net een uur. Bij de gate moeten we staan en we hebben meteen in de gaten dat er weer vertraging zal zijn. Nu ongeveer een half uur. De Air Berlin Captain vindt blijkbaar dat we beter in het vliegtuig kunnen zitten dan bij de gate te moeten staan. Ik geef hem groot gelijk. Het vleigtuig zit niet helemaal vol en Sten zit achter Jord, Bianca en ik, helemaal alleen. Ik denk " dat is mooi" ga ik één stoel naar achteren. hebben we allemaal meer plek. Ik ga maar meteen verzitten voordat iemand anders op hetzelfde idee komt. Maar het is helaas. Er komt op het allerlaatste moment toch nog een echtpaar aan boord dat precies op deze plek moet zitten, terwijl er nog genoeg vrij is...... dan maar weer terug. De vlucht gaat op de landing in Düsseldorf na soepel. Er staat erg veel wind in Düsseldorf. Het vliegtuig gaat erg heen en weer en vlak voor we landen denk ik nog even dat hij elk moment met de vleugel tegen de grond slaat. De man naast me aan de andere kant van het gangpad kijkt ook al eens bedenkelijk. Maar we staan inmiddels met de pootjes stevig op het asfalt. Deze korte vluchtjes zijn allemaal voorbij voordat je het goed en wel in de gaten hebt.
Nu we weer in de Deutsche Gründlichkeit terecht gekomen zijn, gaat het allemaal snel. Koffers afhalen (we zijn bijna de eersten) en dan richting shuttle voor de P24, maaaaaarrrrrr .... niet voordat we nog een Starbuck's scoren.
Busje komt zo (15 minuten.... wat kunnen die toch lang duren). Gelukkig of liever verrassend: het is hier niet echt koud. Dan heb je nog niet meteen het idee dat de vakantie al voorbij is, bovendien we hebben nog een week vakantie. Dus als het weer hier ook nog een beetje zomers zou kunnen zijn is dat niet verkeerd. Maar we zijn nog bij de shuttle, die komt en brengt ons naar P24. De auto staat er nog net zo bij als dat we hem achtergelaten hebben: is wel zo fijn.
Het ritje naar huis verloopt zonder verdere incidenten. We sluiten traditioneel af met een frietje, echter niet voor Sten. Die hebben we op de strafbank moeten zetten wegens "egoïstisch gedrag" zullen we het maar noemen. Hij kan zelf wel uitleggen wat dat betekent. Jammer hij had zich zo verheugd op het frietjes en we hebben met hem een erg leuke vakantie gehad.